donderdag 31 januari 2013

Blij-lijst


Het is donderdag en de week is dus nog niet eens voorbij maar mijn lijstje van dingen, van momenten, die mij deze week blij maakten is al best lang. Sommige ervan duurden maar heel kort, andere wat langer. Van sommige werd ik alleen al blij uit verbazing en van andere omdat ik hoopte dat het zo zou uitpakken. Bij de meeste waren mensen betrokken, mensen die het zo bedoelden maar ook mensen die misschien achteraf geen idee hadden. Soms was mijn blijheid van het rustige soort, meer een tevreden gevoel. En soms was het uitbundiger, grensde het aan de slappe lach. Soms was het zo voorbij en soms gloeide het nog uren na.

Mijn lijst:

- het dagje-uit met een dierbare vriendin
- de pretoogjes van dat ene kind dat net boven mijn balie uitkwam
- de bevestiging dat het steeds beter gaat met mijn moeder
- de bijna dagelijkse goeiemorgen-chat met een andere lieve vriendin
- de voordeur die al open werd gedaan toen ik nog maar net de oprit opreed
- mijn luisterboek dat ik maar niet weg kan leggen
- dat sms’je met “Veilig thuis”
- de hand op mijn arm als bedankje voor het vinden van dat ene boek
- de was die “zomaar” al gedaan bleek
- de nieuwe vouwgordijnen in onze slaapkamer


- de uitgebreide bijklets met  zusje D. 
- de aanblik van stoere jongens die verzaligd achterover leunden in een bubbelbad
- die frisse ochtendloop
- de opluchting na een telefoongesprek
- een mailtje met “ja leuk, laten we inderdaad weer eens wat afspreken!”
- de blije reactie van een collega-vriendin toen ze hoorde dat ze mij aan de lijn had
- deze foto ;)

"Willem-Alexander reageerde ingetogen op nieuws"

- mijn woensdagavondborrel na een rumoerige en drukke woensdagmiddaguitleen
- de klus die ik toch maar mooi afkreeg


Een lange en toch (lucky me!) onvolledige opsomming. Het leuke is dat er steeds weer iets naar boven plopt. Probeer het maar eens:

Wat staat er deze week op jouw lijst? Waar werd jij blij van?





zaterdag 19 januari 2013

Zesentwintig jaar geleden


Vandaag zesentwintig jaar geleden wist ik nog niet dat ik de volgende dag al onze tweede zoon in mijn armen zou houden. Ik wist wel voor zo'n zeventig procent zeker dat het een jongetje was die heel stevig in mijn buik lag te trappelen en ik had ook al een tijdje stevige voorweeën maar de officiële uitrekendatum zou pas over een week zijn. Gelukkig was zijn kamertje klaar en waren alle thuisbevalspullen al gekocht.

Vandaag zesentwintig jaar geleden wist ik nog niet dat deze bevalling zo'n makkie zou zijn. Echt een makkie, een feestje bijna. Zeker vergeleken bij de geboorte van zijn broer. Die werd uiteindelijk na een onverwachte rit naar het ziekenhuis door een inderhaast opgeroepen gynaecoloog aldaar met brute kracht en een vacuümpomp de wereld ingetrokken. Onze jongste gleed er gewoon zoetjes in. Onze o zo welkome jongste.

Vandaag zesentwintig jaar geleden wist ik nog niet dat beide broertjes zo ontzettend verschillend zouden zijn. Niet alleen qua uiterlijk maar ook qua karakter en interesses, maar dat zij desondanks onvoorwaardelijk van elkaar zouden houden. Al hoopte ik dat laatste natuurlijk wel. Hoe ouder zij werden, hoe hechter hun band werd. Van in het weekend stilletjes naar beneden sluipen om samen op de bank Telekids te kijken tot het delen van een "pubertentje" tijdens onze vakanties in Zweden. En nog heel veel andere mooie dingen daar omheen.

Vandaag zesentwintig jaar geleden wist ik nog niet dat wij een moeilijk traject met onze jongste voor ons hadden liggen. PDD-NOS zou nu de diagnose zijn, licht autistisch werd het toen genoemd. Wij hebben geknokt voor hem en, toen hij wat ouder was, ook mét hem. Met heel veel liefde en inzet, met heel veel vertrouwen, soms ook heel veel tranen maar ook met heel veel overwinningen.

Vandaag zesentwintig jaar geleden wist ik nog niet wat voor een heerlijk jong de volgende dag geboren zou worden. Gezellig, lief, recht door zee, slim, dapper, zo ontzettend dapper en ondanks zijn autisme erg sociaal. Met een groot gevoel voor humor en een wijsheid die niet bij zijn leeftijd paste. Een jongen waar je wel van moést houden. "Ze was in ieder geval lief voor Max," verdedigde ik ooit een ex-vriendinnetje van Paul. "Dat is nogal een kunst!" was diens reactie toen.

Vandaag zesentwintig jaar geleden wist ik nog niet dat wij dat heerlijke jong, onze Max, slechts zeventien jaar bij ons mochten houden. Ik wist het gelukkig niet.




donderdag 17 januari 2013

Oberrobots


Ik las dat er ergens in China een restaurant bestaat waar, naast het gewone personeel, robots werken. En dan niet alleen in de keuken maar ook in de bediening.  Ze worden oberrobots genoemd. Oberrobots (als je het al moeilijk vindt om dit woord uit te spreken, daag ik je uit om het te tikken) met tien verschillende gezichtsuitdrukkingen die vriendelijke opmerkingen kunnen maken. Vriendelijke opmerkingen; toen ik dat las, was mijn eerste reactie: kom dáár maar eens om in sommige horecagelegenheden!

Nee, dat is niet flauw gedacht. Helaas niet. Want wat wij, regelmatige uiteten- en uitdrinkengaanders, soms tegenkomen qua bediening... Misschien herken je er iets van: straal genegeerd worden bij het binnenkomen. Straal genegeerd worden als je wat wilt bestellen, nog wat wilt drinken, zelfs als je de rekening wilt hebben. Op je kop krijgen als je tot je verbazing iets totaal anders krijgt dan wat je wilde eten en je de ober daarop attendeert (“Wilt u het de volgende keer dan wel goéd zeggen?!”). Of terechtgewezen worden: “Hoor eens, daar ben ik niet voor! Dat moet u mijn collega maar vragen!” als je aan degene die je drankje komt brengen de menukaart vraagt. (De menukaart, hè, ik vroeg niet of zij mij wilde voeren of zo.) Ik heb liever een mens dan een machine voor me maar ik stel me zo voor dat die oberrobots klantvriendelijker geprogrammeerd zijn. 

Natuurlijk zijn niet al onze horeca-ervaringen zo bedroevend. Zou dat zo zijn, dan hielden wij maandelijks iets meer geld over. Vaak, meestal, is de bediening goed en vriendelijk, dan krijgen we netjes een tafel aangeboden. Drankje erbij, aandacht voor onze bestelling en op gepaste momenten de vraag of alles nog naar wens is. Regelmatig treffen we ook een ronduit gezellige ober of serveerster, dan zijn onze gesprekken wat persoonlijker, en af en toe eentje om wie wij tot verslikkens toe heel veel plezier hebben: “Dit is onze lunchkaart en dan heb ik ook nog ballen in tomatensaus!”

Dat laatste hoor ik een oberrobot dan weer niet zo gauw zeggen, niet op zo'n triomfantelijke toon en niet met daarna zo'n rood hoofd bij het zien van mijn slecht ingehouden grijns.




dinsdag 15 januari 2013

Mijn dag op z'n kop

Zonder deze sneeuw had ik vandaag in lekker warme baden gelegen, gezellig bijkletsend met vriendin J. Dan hadden we gewacht tot het gebubbel weer zou beginnen en dan hadden we gelachen om de spatten in onze neus en op mijn bril. Hadden we natuurlijk heel flink even buiten gezwommen met alleen ons hoofd boven water vanwege de frisse kou. Zonder deze sneeuw hadden we daarna op warm woestijnzand gelegen en waren we vast zomaar in slaap gevallen, hadden we gezellig geluncht en ’s middags bij een open haard heerlijk rozig thee gedronken. Dan hadden we samen genoten. Voor 100%.

Maar deze sneeuw zette mijn, onze, dag op z'n kop.

Daarom zat ik vandaag thuis. Zat ik in mijn eentje te kijken naar besneeuwde tuinen en een besneeuwde straat. En naar kinderen op sleetjes, voortgetrokken door hun ouders. Zag ik steeds meer voetstappen in ongerepte sneeuw en een struik die, bedolven onder al dat wit, op een kabouterhoofd leek. Daarom keek ik naar langzaam rijdende auto’s en glibberende fietsers, en werd ik bijna gehypnotiseerd door de dwarrelende vlokken voor mijn raam. Vandaag dronk ik in mijn eentje thee, tuttelde ik wat, las ik een paar bladzijden en keek ik een filmpje op mijn laptop. Genoot ik toch wel. Voor bijna 100%.




Naschrift: De foto van de jolige sneeuwpop heb ik *ergens* op internet gevonden. Gewoon vanachter mijn laptop met een kop warme thee naast mij. Ik ben erg gevleid dat er mensen zijn die dachten dat ik zo handig en creatief (en koudebestendig) ben. Dat is helaas niet zo. Zie hier voor het bewijs.




zaterdag 5 januari 2013

Lekker aan de slag!



Vandaag ga ik lekker hier binnen aan de slag! Na een drukke tijd van overal behalve thuis bezig te zijn geweest, is het niet alleen nodig (hóógnodig) maar heb ik er ook zin in.

Eindelijk de kerstzooi opruimen en naar zolder brengen. Eindelijk met een emmer sop en de stofzuiger door het huis terwijl de wasmachine op volle toeren draait. Eindelijk niet alleen halfslachtig beneden wat nat afnemen en daarna niet meer aan boven toekomen. Eindelijk mijn hoofd leeg maken en letterlijk orde in de chaos scheppen.

Ik ben geen fanatieke huisvrouw; mijn huis is er voor mij en niet omgekeerd. Als ik de tuin door de ramen amper meer kan zien, ga ik wel naar buiten om te kijken, maar ik kan heel veel voldoening halen uit fris en schoon en opgeruimd. Een schone geest in een schoon huis. Zoiets.

De verse bloemen en een pot met hyacintenbollen staan al klaar om de plek van de kerststukjes in te nemen. De kerstdozen heb ik al van zolder gehaald en mijn schoonmaakspulletjes wachten op het aanrecht. Ik heb mijn oude plunje aan, mijn mouwen opgestroopt en mijn haar opgebonden. Ik ben er klaar voor! Ik zal me door niks en niemand laten afleiden van mijn Missie. Ik kijk niet op mijn telefoon, ga niet tussendoor toch een Wordfeudwoordje leggen, ik ga niet “even” op internet of in een boek kijken, ik ga niet blogg.... eh.... ik ga nu... eh...



*sluit stilletjes de computer af*




woensdag 2 januari 2013

Vandaag


Buiten mijn raam zitten vogeltjes te kwetteren. Een heerlijk rustgevend geluid en een fijne start van wat een drukke dag gaat worden.

Ik denk aan mijn moeder. Toen wij haar gisteren opzochten, troffen wij haar duttend in de woonkamer aan. En zoals altijd als ze net wakker wordt, was zij meteen erg down. “Ik houd het hier niet meer vol!” snikte ze. Op ons inkoppertje dat zij dat niet meer hoefde, dat zij naar haar vakantie (zoals zij Rumah Kita in verband met de dagopvang noemde) mocht verhuizen, reageerde zij met blijdschap, ongeloof, tranen en natuurlijk ook wat onbegrip. “Hoe kan dat? Mag dat wel? O jullie! Ik ben zo blij! Ik kan jullie niet missen!”

Ik ben dankbaar voor de meer dan goede band die mijn zusjes en ik met elkaar hebben. Voor de eensgezinde manier waarop wij voor onze moeder zorgen. Er is het laatste jaar zoveel op ons pad gekomen op dit gebied, zoveel dingen waarmee wij zomaar moesten omgaan, die zomaar geregeld moesten worden, beslissingen die snel-snel genomen en klussen die geklaard moesten worden en wij deden het toch maar. Vertrouwend op elkaar en zonder ook maar één wanklank.

In de keuken heb ik net mijn gewone thee-met-yoghurt-ontbijt klaargemaakt. Na ochtenden van relaxte ontbijtjes samen met Peter is het weer even wennen. Gelukkig is het bijna weekend en krijg ik mijn zachtgekookte eitje weer.

Ik draag binnenkort de ring die ik ooit van mijn oma, de moeder van mijn moeder, kreeg weer. Hij lag al een behoorlijke tijd met een breuk in de band te wachten op een reparatie maar het kwam er maar niet van. Anderhalve week geleden dacht ik er weer eens aan en heb ik hem eindelijk naar de juwelier gebracht. Het is niet echt een erfstuk in de zin dat mijn oma ooit in het verre Indonesië de ring van haar moeder heeft gehad en die weer van de hare, het is een ringetje met een kleine groeibriljant gekocht in Nederland. In mijn ogen een mooie combinatie van toen en nu, van daar en hier. En een herinnering aan mijn omaatje.

Ik maak geen goede voornemens voor het nieuwe jaar. Daar doe ik niet aan, niet op 1 januari tenminste. Ergens (het zal uiteraard wel op internet zijn) las ik dat goede voornemens gewoon een to do-lijstje zijn voor de eerste week van januari. Nou, mijn eerste week is zonder zo’n lijst al vol. ;p

Ik ga me zo maar eens voorbereiden op een drukke dag. Eerst even bij moeder langs om alvast samen met haar wat in te pakken en dan aan het werk. Na anderhalve week mijn collega’s weer zien en dan gewoon weer in de bieb aan de slag. “Even” iets anders dan waar ik privé zo mee bezig ben.

Ik verheug me op de verhuizing van mijn moeder. Het klinkt raar na alles wat we op dat gebied achter de rug hebben met ons allen maar ik heb er alle vertrouwen in dat het goed, beter, zal gaan als ze daar eenmaal woont. 

Ik hoop dat 2013 veel, heel veel mooie momenten zal hebben. En dat we die dan meteen als zodanig zullen herkennen; niet pas achteraf als een herinnering. Ik hoop dat we sterk genoeg zullen zijn als het tegen zit en dat we elkaar dan kunnen steunen. Ik hoop dat we kunnen blijven liefhebben, genieten en lachen. Ik hoop het van harte. Voor jullie, voor mijzelf en voor allen die ons dierbaar zijn.



Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...