vrijdag 30 augustus 2013

Rondje Posbank



Elke keer als wij er kwamen, daar op de Posbank, schoot de gedachte door mijn hoofd: “Hier wil ik een keer fietsen! Fietsen in plaats van met de auto erheen en dan een eindje wandelen; op de fiets kom je immers èn verder èn zie je nòg meer van al dit fraais...”



Maar dan keek ik weer naar de hellingen, zag ik van die afgetrainde wielrenners naar boven zwoegen, en dan kegelde ik die gedachte er meteen uit. De Posbank ligt namelijk zo’n negentig meter boven NAP en is daarmee één van de hoogste punten van de Veluwe. Ik vrees dat er niet genoeg bluswater in heel Gelderland is om de brand in mijn longen en bovenbenen te blussen als ik nog maar halverwege zou zijn.




We besloten daarom flink te trainen, te trainen en te trainen. Zo gezegd, zo gedaan en sindsdien is hellingen fietsen, zelfs die Posbankhellingen fietsen, voor ons een fluitje van een eurocent. En afgelopen dinsdag reden we met slechts lichte, hier en daar wat zwaardere inspanning (maar och, daar draaien wij onze hand niet meer voor om) zomaar door het prachtige bos en die schitterende hei aldaar. Als we al licht buiten adem waren, dan kwam dat omdat het uitzicht ons de adem benam. Wat een goede conditie al niet doet, hè!








Omdat ik me heel goed kan voorstellen dat dit niveau van fietsen niet voor iedereen is weggelegd, deel ik hierbij de foto’s die ik van ons Rondje Posbank maakte. Het gedeelte over de dijk langs de IJssel kan overigens ook door ongetrainden afgelegd worden. Het ijsje en/of het rosétje halverwege in Doesburg zal ook hen ongetwijfeld goed smaken.



O.

Eh...

Er klinkt hier een dwingend stemmetje van mijn redacteur, ene mevrouw G.E. Weten... Ik moet van haar in alinea twee “flink te trainen te trainen en te trainen” vervangen door “elektrische fietsen te kopen” en het woordje “conditie” door “trapondersteuning”. 

Hmpf, muggenziftster...


We hebben anders wel ruim tweeënzestig kilometer weggetrapt! En echt niet overal met ondersteuning. Pffff...




zondag 25 augustus 2013

Facebook verzoek


Van al mijn vriendinnen zijn er maar een paar actief op Facebook en bij tijd en wijle ben ik daar wat verdrietig over. Ik vind dit medium namelijk een fijne en gemakkelijke manier om contact te hebben. Het is zo simpel om daar dingen te delen, dingen die je niet zo snel in een mail zou zetten omdat je er dan een heel verhaal bij moet/wil/kan houden en dat kost dan weer meer tijd. Tijd voor mij om te tikken en voor de ander om te lezen, terwijl zo’n berichtje via Facebook gewoon ter kennisgeving aangenomen kan worden; er hoeft niet persé op gereageerd te worden.

“Dus, toé dan...” roep ik regelmatig tegen beter weten in maar helaas is mijn enthousiasme kennelijk groter dan mijn overredingskracht. Mijn anti-Facebook-vriendinnen (met wie ik gelukkig wel op andere manieren en natuurlijk ook in real life communiceer) voeren steevast aan geen tijd hiervoor te hebben, geen tijd hieraan te willen besteden en niet “openbaar” te willen. “Nee, echt niet, Syl! Ik begin er niet aan...” en dan zucht ik en dan dring ik niet meer aan.

Maar dan post ik er weer eens een paar leuke foto’s, een gevatte one liner, een grappig filmpje, een interessant berichtje of gewoon wat (andere) onzin en dan denk ik elke keer dat vriendin puntjepuntje-die-zo-koppig-anti-Facebook-is dit vast leuk had gevonden en er vast heel orgineel op gereageerd zou hebben, terwijl nu... nu zij (nog steeds) niet op Facebook zit... och zo jammer!

Dus... Dus toen één van die vriendinnen, door omstandigheden waarover ik hier niet zal uitweiden (ja, ik houd heus wel rekening met privacywensen), liet merken dat haar overtuiging om niet, nooit, bij Facebook te willen wat aan het wankelen was, zag ik mijn kans schoon. Op, ik vrees, weinig subtiele wijze begon ik weer alle voordelen van een dergelijk account aan te prijzen. O, ik heb natuurlijk ook de risico’s genoemd maar meteen daarbij op de mogelijkheden van het afdekken ervan gewezen. Ik heb heel vaak de woorden “gezellig” en “gemakkelijk” gebruikt, en ik heb onbeschaamd overdreven hoeveel leuks ze alleen al van mij zou kunnen lezen. Ik heb zèlfs aangeboden om elke avond tegen bedtijd haar een berichtje te sturen dat zij uit moet loggen en naar bed moet gaan. En nu is zij dus om. Nou ja, zo goed als... Zij heeft al een account aangemaakt en het enige wat zij nu nog moet doen is die laatste handeling: het bevestigen. Ik wacht er met smart op. Maar zij twijfelt nog.




Daarom vraag ik jullie: willen jullie, mijn bloglezers die al bij Facebook zitten, mij helpen om haar over die laatste drempel te duwen? Hebben jullie nog betere argumenten dan ik? Noem ze, alsjeblieft. Mag ik een reactie of op z’n minst een “vind ik leuk” of een “like”?

Het is namelijk zo’n lieve en gezellige meid! Facebook zal er nòg leuker door worden.

(En misschien kan ik daarna die anderen ook overhalen...)





zondag 18 augustus 2013

Een perfecte zaterdag



Ongeveer veertig jaar geleden had ik gisteren, afgelopen zaterdag, sáái gevonden. Om van te gruwen zo saai! Absoluut geen zaterdag om je de dag tevoren, de vrijdag, op te verheugen. Ook al had ik nog zo’n drukke week gehad.

Om te beginnen was ik vroeg opgestaan om, nog voor het ontbijt, lekker een paar kilometer hard te lopen. Veertig jaar geleden liep ik alleen hard om te... om te... Ik kan absoluut niets bedenken waarvoor ik in die tijd hard wilde lopen. 

Het uitgebreide ontbijt had ik als vijftienjarige wel kunnen waarderen, alleen niet om negen uur “al”. Twee, drie uurtjes later, op z’n vroegst. En dan niet fris gedoucht maar rechtstreeks uit bed. Heel wat minder fris dus ;)

Op je gemak naar de supermarkt fietsen en tevreden met volle fietstassen en een grote bos bloemen thuiskomen? Kom nou toch òp! Alle kledingzaken en muziekzaken aflopen, mensen kijken, leuke jongens tegenkomen... Anders was zo’n zaterdagmiddag een verloren middag, een prutmiddag.

Daarna wat in huis hangen: oké dan. Maar dan wel om naar muziek te luisteren, te bellen met vriendinnen, mijn nagels te lakken, de halve inhoud van mijn kledingkast op mijn bed te gooien en daarna vooral niks op te ruimen. Niet om de was te doen en de keuken lekker uit te soppen... De wát te doen??



In de tuin zat ik toen zelden. Veertig jaar geleden. Zelfs niet om te lezen, ook al was ik daar gek op. Lezen deed ik naast de pick up en in de buurt van de telefoon, want die was toen nog niet draadloos en stel je voor dat iemand mij belde en ik zou het niet horen... Wat moest ik in vredesnaam in de *gaap* tuin naast *gaap* bloeiende bloemen waar een bijtje van *gaap* zat te snoepen? Saa-h-aai! En dan ’s avonds niet uitgaan maar thuisblijven? O men! Ik had me de maandag erna niet op school durven vertonen! (“En wat heb jij gedaan dit weekend, Syl?” - “Nou, ik heb zo lekker in de tuin zitten lezen.” - “Huh?....Je hebt wàt?!....”) 

Maar ik ben niet meer vijftien. Al veertig jaar niet meer. En afgelopen zaterdag was voor mij als allang niet meer vijftienjarige een perfecte zaterdag. 



Lekker fris en vroeg de dag begonnen.
Samen met Peter rustig wat boodschapjes gehaald.
De wasmachine aangezet en op mijn gemak de keuken uitgesopt.
Heerlijk gelezen in het zonnetje.
’s Avonds lekker in bed een film gekeken.

Per-fect. 


Alleen moest ik voor het filmkijken eerst nog wel even een stapel kleren van dat bed afhalen. Er zijn een paar dingen die niet zo erg veranderen in veertig jaar ;)




zaterdag 10 augustus 2013

Tien augustus


Hij zet elke ochtend een kop thee naast mijn bed, soms staat het er al nog voor ik wakker ben. 

Hij is de allerbeste vader die ik voor onze zonen had kunnen wensen. Echt de allerbeste.

Hij zegt nooit: “Wat is dit nu weer?” als ik een nieuw recept heb uitgeprobeerd. Integendeel, hij is een grote fan van mijn experimenten op kookgebied.

Hij dacht dat hij mij indertijd (ruim achtendertig jaar geleden) “versierd” had. En was dus heel verbaasd toen ik later een briefje van mijn vriendin uit mijn jaszak haalde waarop stond of “het” gelukt was en of zij mij bruidsmeisje mocht zijn. *grijns*

Hij is nooit chagrijnig en hij heeft veel meer geduld dan ik. (Maar ik heb meer haar.)

Hij raakt altijd zijn sleutels, bril, papieren, je kan het zo gek niet bedenken, kwijt maar weet daarentegen overal de weg. Gelukkig vind ik meestal al die dingen terug (behalve dan die weg).

Hij steunt mij, troost mij en laat me lachen. Hij maakt dat ik me mooi voel (zelfs als ik de slaap nog uit mijn ogen aan het wrijven ben en mijn oudste slaapshirt aan heb).

Hij kan uitdrukkingen onnavolgbaar verhaspelen. Om zijn "Jammer. Pindakaas!" kan ik nog de slappe lach krijgen en laatst vertelde hij bloedserieus dat hij zijn ogen ergens op had laten vallen. (Ik zág ze gewoon stuiteren!)

Hij denkt stiekem dat hij meer van mij houdt dan ik van hem. Maar hij was achtendertig jaar geleden dus al niet de slimste op dat gebied. ;)

Hij heeft niets met de Tour de France. Hij houdt wèl van lezen.

Hij houdt ervan om er samen op uit te gaan. Een hotelletje ergens, een mooie fietstocht, stukje wandelen… Dan zit hij achter zijn computer te broeden, komt vervolgens bij mij zitten en zegt: “Wat dacht je ervan als we eens….?”.  Maar vaak hoeft hij het niet eens te zeggen, dan zie ik al aan zijn ogen dat hij weer iets leuks heeft gevonden.

Hij maakt er nooit een punt van als ik vlak voor etenstijd nog een rondje wil hardlopen. “Vind je het niet erg dat we dan laat eten?” “Nee hoor, ga jij eerst maar lekker rennen.”

Hij is zo supertrots op onze oudste. En terecht!

Hij stuurt mij vlak voordat wij met vakantie gaan en als ik nog aan het werk ben altijd mailtjes met de recentste weersvoorspellingen. “Deze site geeft nog beter weer aan!”

Hij maakt op zondagmiddag altijd de heerlijkste hapjes voor bij een glaasje wijn.  Bij wijze van “verrassing”.

Hij is totaal verslingerd aan de meest lelijke sandalen die ik ooit gezien heb. En als ze kapot zijn, koopt hij precies dezelfde. Al jaren. Da’s dan wat minder, ja.

Maar ondanks die sandalen en ondanks dat hij best wel hard kan snurken weet ik voor tweehonderd procent zeker dat ik nog wel vijfendertig jaar met hem getrouwd wil blijven.

Met alle liefde.





zondag 4 augustus 2013

De tuinen van Het Loo




Er was eens een paleis Het Loo
Met tuinen, zo heel erg beau
Strakke lijnen, beelden, waterpartijen
Vruchten en bloemen waar insecten over glijen
Daar wandelen is als een show





Er was eens een paleis Het Loo
Met tuinen, zo indrukwekkend beau
Alleen de gedachte aan het onderhoud
Laat, zo hoorde ik, geen enkele bezoeker koud:
“Je zal hier moeten maaien! O, nó!”





Er was eens een paleis Het Loo
Met tuinen, o zo heel erg beau
Namens alle bezoekers aan de tuinlieden
Die snoeien en plukken en harken en wieden:
Veel respect en een koninklijk chapeau!




Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...