donderdag 30 juli 2015

Open brief aan mijn vriendinnen



Lieverds,

Omdat je iets waardevols als vriendschap nooit voor vanzelfsprekend moet nemen en omdat het vandaag de internationale dag van de vriendschap is (waarvan ik tot voor een kleine week geleden niet eens wist dat-ie bestond), leek het me een goed idee om bij jullie, bij ons stil te staan.

Jullie weten het: ik ben niet zo van de grote groepen, dat is ook een van de redenen dat een aantal van jullie elkaar amper kent, hooguit van een enkele keer of alleen uit mijn verhalen. Sommigen van jullie kennen elkaar juist weer heel goed, misschien zelfs beter dan ik, omdat jullie zusjes zijn. Wij hebben elkaar ontmoet via onze kinderen, via de school waar wij ooit, lang geleden samen op gezeten hebben, de werkgever die wij delen of gedeeld hebben, dankzij internet of omdat wij dezelfde ouders hebben. Wij zijn vriendinnen sinds onze aller-vroegste jeugd of sinds relatief kort, wij spreken (waarbij het begrip “spreken” heel ruim genomen moet worden) elkaar dagelijks of slechts een paar keer per jaar. Wij zijn tegelijk verschillend en gelijk, wij vullen elkaars zinnen aan maar weten elkaar ook te verrassen.

Iemand vroeg mij een keer wat voor mij het verschil maakt tussen een goede kennis en een vriendin. “Met een vriendin zou ik zomaar in een lift vast kunnen zitten en het nog niet eens zo erg vinden. Met een kennis, hoe goed ook, moet je dat maar afwachten.” Ik flapte het er zomaar uit en ja, ik keek ook op van mijn eigen antwoord. Toch, als ik er wat langer over nadenk: er zit best wel wat in:

Jullie zouden niet zeuren. Jullie zouden natuurlijk wel schrikken maar, en ik ga er even vanuit dat er geen anderen in die lift staan, jullie zouden iets als “O jee!” zeggen en meteen er achteraan “Waar hadden we het over?”. Zoiets. Daarna zouden we op de grond gaan zitten en gezellig verder kletsen. De mogelijkheid zit er dan in dat ik op een gegeven moment voorstel om via het plafond uit de lift te komen (omdat ik net weer zo’n film gezien heb) maar dan hielden jullie mij vast tegen met argumenten als: “Alsof jij bij dat plafond kan, kleine!” - “Echt niet dat ik jou optil!” - “En dan? Jij verdwaalt al op een rechte straat, wat moet je daarboven?” of gewoon met de slappe lach. Een kennis daarentegen zou zomaar wel kunnen zeuren en blijven zeuren. Boos worden terwijl dat niet helpt, klagen dat “alles” ook “altijd” tegenzit. Of mij serieus nemen bij mijn poging tot klimmen.


Hoewel wij nog nooit (knock on wood) in zo’n situatie hebben gezeten, ben ik er toch zeker van dat wij er de lol van zullen inzien. Er het beste van zullen maken. Elkaar zullen troosten als de lift steeds kleiner lijkt te worden. Een oplossing zullen vinden als we moeten plassen. Zo heb ik jullie namelijk leren kennen en waarderen: als ruimdenkende, pragmatische, no nonsense vrouwen met veel gevoel voor humor die ook nog eens perfect kunnen aanvoelen of ik een schop onder mijn achterste of een stevige knuffel nodig heb. Of gewoon toch een tweede glas rosé.


Wees niet bang of verbaasd: die wordt geen sentimenteel tranentrekkend dankwoord of iets dergelijks. Ik wil alleen laten weten dat ik blij met jullie ben. Heel erg blij. En dat ik jullie voor geen goud zou willen missen. (En ook niet voor chocola. Of sushi. Of een margarita. Voor geen goud dus.)

Veel liefs en tot gauw!
Sylvie


PS En nu geen berichtjes achterlaten dat vastzitten in een lift wel erg ver gaat. Dat ik best wel een beter voorbeeld had kunnen bedenken met al jullie mooie, stoere, enzovoort-enzovoort karaktertrekken o.i.d. Laten we het erop houden dat de vraag me overviel en dat ik jullie privacy respecteer. Vooral dat laatste. Dus.

O, enne.....

#tip





zaterdag 25 juli 2015

De eerste dag / One day


Facebook heeft sinds kort de optie “Op deze dag”. Als je deze inschakelt, krijg je elke dag de updates te zien die je zelf op die specifieke dag gepost hebt vanaf het moment dat je Facebook bent gaan gebruiken. Vandaag werd ik bijvoorbeeld herinnerd aan het feit dat ik op 25 juli in 2014 een berichtje las dat het voor Schiphol de drukste dag van het jaar zou worden (waarna ik me afvroeg of dat zou inhouden dat het rustig in de bieb zou zijn), in 2013 en 2012 een blogstukje had geschreven over hardlopen op de vroege want al warme ochtend, en dat ik mij in 2011 verbaasd had over een opmerkelijk stukje kunst. Ik vind het heel leuk om zo terug te kunnen kijken.

Het deed me sterk denken aan een boek dat ik een jaar of wat geleden las: “De eerste dag” van David Nicholls. Het verhaal gaat over Emma en Dexter. Op 15 juli 1988 ontmoeten zij elkaar voor het eerst, zij zijn dan net afgestudeerd. Na een feestje belanden zij samen in bed maar aan het eind van de dag gaan zij uit elkaar en leiden elk hun eigen leven. Ze blijven echter wel contact houden.
Nicholls vertelt hoe het hen tijdens de twintig jaar na die dag in 1988 vergaat en hij doet dat op zeer originele wijze, namelijk door elke 15e juli van de volgende jaren tot en met 15 juli 2007 te beschrijven. Als lezer maak je niet alleen het verloop van hun, al dan niet gezamenlijke, ontwikkelingen, carrièremoves, kansen en dilemma's mee maar je krijgt ook een mooie (terug-)blik op het tijdsbeeld van die jaren. Je volgt hoe Emma verwordt van nogal naïef, idealistisch meisje tot een succesvol schrijfster, en hoe Dexter bijna aan zijn net niet-succes als presentator en verslavingen ten onder gaat. Je leest over de rol die zij in elkaars leven spelen en hoe hun relatie verandert: van beste vrienden tot oude kennissen tot wel of toch niet geliefden, van niet mét maar toch ook niet zónder elkaar kunnen, van uit elkaar groeien en heel logisch weer contact zoeken.
Al lezende en meelevende heb je geen behoefte aan een einde. Ik had het tenminste niet. Wat mij betreft had dit verhaal over Emma en Dexter eindeloos door kunnen gaan, gewoon tot zij (en ik) oud zouden zijn en zij niet meer zouden leven en ik niet meer zou kunnen lezen. Maar dan zou het niet alleen een grappig en tegelijk aangrijpend verhaal zijn maar dus ook een heel, héél dik boek. Hopelijk.

Ik vertel, natuurlijk, niks over het einde, behalve dat het onverwacht kwam.
Onverwacht en veel te vroeg. Voor mij in ieder geval. Zo onverwacht dat ik, toen ik enkele maanden geleden de verfilming zag, weer schrok van hoe het afliep; ik zat weer zo in het verhaal dat ik het einde compleet vergeten was. Dat is toch een zeer knap staaltje vertelkunst van die David Nicholls (die overigens ook het screenplay van de film heeft gedaan).

Kortom: heb je zin in een pakkend boek waar je om kunt lachen, fronsen en een traantje of tien weg kan vegen? Wil je liever (of daarnaast, al waarschuw ik je: het boek is en blijft beter IMHO) een film waarbij je dat alles ook kunt doen? Lees dan “De eerste dag” van David Nicholls en/of kijk “One day”.

En mocht je als Facebook’er willen terug zien wat je vandaag één, twee of meerdere jaren geleden gedaan hebt: ga dan naar de pagina facebook.com/opdezedag.






vrijdag 17 juli 2015

De Ooijroute



Een fotoverslag met een beetje tekst van onze Ooijroute-fietstocht.


Dit is dus de Ooijpolder vlakbij Nijmegen. Eerlijkgezegd had ik er nog nooit van gehoord maar het was er mooi fietsen. De polder heeft vroeger wel tot strubbelingen geleid tussen de bewoners van respectievelijk het Nederlandse en het Duitse gedeelte. De Nederlanders lieten de boel bij hoog water in de Waal onder water lopen en dat was niet zo attent richting hun Duitse buren. Die kregen natte voeten en nog meer, en moesten daarom zelf uiteindelijk een dam bouwen.


Tegenover deze bank zaten wij op eenzelfde exemplaar heerlijk in de schaduw koffie te drinken en onze meegenomen boterhammetjes te eten. Dit is in de Millinger Theetuin. Als je ooit in de buurt bent, moet je hier beslist naar toe! Een werkelijk prachtige tuin; groter dan op het eerste gezicht lijkt vanwege de vele hoekjes, paden, trapjes en doorkijkjes. Er staan banken en zitjes op de vele terrasjes, sommige heel privé onder één van de vele bomen, andere weer naast een waterpartij en o-ver-al bloeien bloemen.





Nog een genietende gast van de tuin.


Dit zijn Konikpaarden, die zijn daar uitgezet. Mijn ervaring is dat dieren die bewust uitgezet zijn, zich zeer eigenzinnig en vooral bezitterig kunnen gedragen. Deze paarden zaten aan de fietsen bij de theetuin te morrelen, vonden het stoer om er een paar zomaar om te duwen en hadden een houding van “Had je wat?” toen de eigenaren protesteerden. Midden op deze weg stond een groepje voorbijgangers te intimideren. Beestachtig gewoon!


Niet lang voor we bij onze auto, die in Nijmegen geparkeerd stond, terug waren, kwamen we door Leuth. Natuurlijk hebben we geen enkele spitse of andere flauwe grap over de naam van dit plaatsje gemaakt.

We hebben er op een bankje wat fruit gegeten en we hebben met veel leu... eh...lol naar twee ooievaars gekeken. Die vlogen af en aan op hun nest. De foto hieronder was echt een lucky shot:


Aldus mijn fotoverslag (met iets meer tekst dan bedoeld) van een fijne fietstocht door een deel van natuurgebied De Gelderse Poort. Het was zo'n vijfendertig kilometer en een paar pit- en fotostops genieten. 





zaterdag 11 juli 2015

Fantasie: vaak een zegen, soms een vloek(je)


Volgens mijn moeder komt het door het vele lezen, volgens mij is het juist omgekeerd, is het één van de redenen waarom ik zo van lezen houd, feit is wel dat ik behoorlijk wat fantasie heb. En een ander feit is dat niet iedereen dat altijd kan waarderen. Niet op elk moment in ieder geval. Vraag bijvoorbeeld mijn ene zus (die goedgelovige) wat zij ervan vindt en ze zal meteen met dat ene voorval van inmiddels zo’n dertig jaar geleden op de proppen komen. En ze zal dat met net zoveel verontwaardiging vertellen alsof het gisteren gebeurd is:

We zaten in een vakantiehuisje midden tussen de Zwitserse bergen. De rest van ons gezelschap was een autorit aan het maken waar wij tweetjes niet zoveel zin in hadden. Zuslief begon zich op een gegeven moment wat zorgen te maken: ze waren langer weg dan verwacht, de wegen waren smal, de afgronden diep en er-zou-toch-niks-gebeurd-zijn? Ik probeerde haar met een grapje gerust te stellen, dat hielp niet. Ik probeerde haar af te leiden, dat hielp ook niet. Zij bleef uit het raam turen in de hoop een bekende auto het pad op te zien rijden en terwijl ik mee staarde en naar de bergen keek, floepte het zomaar uit mijn mond:

“Zie je dat?”
Zus schrok op: “Wat? Waar? Zie je ze al?”
“Nee. Maar kijk... Die bergen....”
“Wat is er met die bergen?”
“Verbeeld ik het me nu? Nee... Het is ècht...”
“Wat nou? Wát?” Nu klonk ze bijna paniekerig.
“Het lijkt wel of die bergen dichterbij komen!”
“Syl! Houd op!”
“Kijk zelf, het is echt....”
“Houd op! Ik word bang! Dat kan toch niet! HOUD OP!”

Nee, deze zus kon en kan mijn overdrijvingskunst zoals zij dat noemt niet op prijs stellen. Ze heeft gezworen om mij nooit-nooit-NOOIT meer te geloven maar is desondanks elke keer weer zo’n gemakkelijk “slachtoffer”. Op de een of andere manier roepen mensen zoals zij juist dergelijke verzinsels bij mij op.

Toch ben ik zelf ook niet altijd even blij met mijn fantasie; het is namelijk niet iets wat ik zomaar aan en uit kan zetten. Ik kan iets zien en dan opeens zit er een verhaal bij. Of meerdere verhalen. Neem nou die vijver in het bos. Op het eerste gezicht is het gewoon een groene bosvijver tussen de bomen langs een smal paadje. Mooi maar niks bijzonders.


Dan kijk ik nog een keer en zie ik een sprookjesvijver. Er lijken elfjes tussen de grassprietjes te dansen, er zou zomaar een kikker met een dubieus voorstel naast de plas kunnen zitten en staat er nou een eenhoorn naast die ene boom?


Of ik denk opeens een kille wind te voelen. Alles wordt in schaduwen gehuld en wat duikt er voor iets schimmigs uit het water op? Witte wieven? Bosgeesten? Geesten van hopeloos verdwaalde hardlopers wandelaars die al je levenslust uit je kunnen zuigen? O, rénnen! Weg hier!


Nah... mijn oma zei altijd dat je niet bang moet zijn voor geesten, het zijn juist de levenden die je kwaad kunnen doen. Kwaadaardige levenden... zoals moordenaars. Zo’n moordenaar die iemand omgebracht had en het lijk hier in het bos, in deze vijver, verstopt heeft. Wat is dat daar tussen die takken? Is dat een hand? OMG! Is dat een inmiddels slijmerige hand?


Het zal inmiddels duidelijk zijn dat mijn hardlooprondjes in het bos niet altijd even relaxed en rustgevend zijn. Op zulke momenten had ik graag wat minder fantasie gehad of op z’n minst de mogelijkheid om het uit te schakelen.

Al doet het mijn gemiddelde snelheid vaak wel goed. Dat dan weer wel.



maandag 6 juli 2015

LieseLot-avond


Ik stel me zo voor dat zij gisteren samen toekeken hoe wij, hun kinderen en schoonkinderen, een gezellige zomeravond met ons achten doorbrachten. Hoe zij naast elkaar op een wolk zaten: mijn tante heel stoer met haar benen bengelend over de rand terwijl mijn moeder haar arm vasthield (“Pas op, hoor Lotje!”) en voorzichtigheidshalve wat meer naar achter zat.

Ik stel me zo voor dat zij van hun uitzicht genoten. “Kijk nou toch, die kinderen, zo lief, zo samen.” “Nou, kinderen...  Kinderen met al bijna kale hoofden en grijze haren!” En dat ze dan samen de slappe lach kregen daar boven op hun wolk.

Misschien was het op dat moment dat de lucht toch even leek te betrekken, toen zij daarboven dus zo zaten te lachen, maar dat zij toen meteen weer de weergoden bestraffend aankeken: “Wáág het niet! Waag het niet om deze avond te verpesten met regen en onweer en wat jullie nog meer zouden doen volgens de weersvoorspellingen!”

Die weergoden hadden het ook niet gewaagd, ze wisten wel beter dan tegen dat span Lies en Lot, LieseLot, in te gaan. Dat moet de reden zijn geweest dat ondanks de voorspellingen en waarschuwingen als “code geel”, wij konden barbecueën en de hele avond buiten konden zitten.

Maar meer nog dan dat onverwacht goede weer, waren zij, onze moeders, natuurlijk de reden van dat heerlijke samenzijn met muziek, plezier, verhalen en ook herinneringen. Herinneringen aan die twee, daar misschien wel boven op een wolk.



donderdag 2 juli 2015

Leesvakantie


Ondanks dat ruim een kwart van de Nederlanders net als wij niet weg gaat met vakantie, krijg ik toch geregeld wat meewarige blikken als ik zeg dat wij deze zomer thuis blijven. En ondanks dat ik daar heel tevreden mee ben en er ook naar uit kijk (héérlijk vind ik het om afhankelijk van zin en weer een dagje uit te gaan of juist in huis of tuin te relaxen) vond ik dat mijn antwoord “Nee, we gaan niet weg. We blijven thuis.” wel iets uitgebreider kan. Iets spannender, iets wat een reactie van huh-wàt-gaat-ze-doen? oproept, iets fantasievoller kortom.

En dus heb ik het volgende bedacht: ik ga zeggen dat ik overweeg om met een paar nichtjes naar de oostkust van Amerika te gaan of met ene Jaap naar een eiland ergens bij Schotland. Maar dat er daarnaast een oude kennis is in New York die binnenkort vader wordt en die wat aandacht nodig heeft omdat hij daar toch wat tegenop ziet.

Of ik ga vertellen over die uitnodiging van iemand om samen met haar langs een afgrond te wandelen. Alleen weet ik nog niet wáár in de Verenigde Staten die afgrond precies ligt en ik vermoed dat dat een bijzonder eng gedoe gaat worden. Iets wat daarom misschien beter scoort is dat ik weet dat er ergens anders in de VS een meisje haar moeder al een aantal jaren kwijt is en een man zijn vrouw, en aangezien ik immers goed sleutels kan vinden die Peter altijd kwijtraakt... Het nuttige en het aangename, je weet wel ;)

Over Peter gesproken: er is ook nog een andere Peter die een oude vrouw met haar verhuizing aan het helpen is en die op zijn beurt misschien ook wel wat steun kan gebruiken. Van mij bijvoorbeeld. Zodra ik tenminste klaar ben om samen met Brenna, iemand die ik vorige vakantie heb leren kennen, dat probleem rond die webgirl te fixen. Mèn, dat is me toch een toestand, het laat me gewoon niet los. En ik zit al tot over mijn oren in de jeugdtrauma's van een moeder die ik in de bieb tegenkwam...

Zulke antwoorden zullen toch zeker meer indruk maken dan “alleen maar” dagjes uit, veel fietsen, uiteraard hardlopen en lekker in de tuin hangen? En het mooie is: ik lieg er geen woord van! Mijn twee weken vrij zullen veel te kort zijn voor alles wat ik wil doen en niet-doen.

En wat ga jij doen/lezen deze zomer?


Mjn lijst:
Tijgers in rood weer - Liza Klaussmann
Birk - Jaap Robben
Het Rosie Effect - Graeme Simsion
Langs de afgrond - Carla Norton
Zoals de wind waait - Jodi Picoult
De vreemde - Harlan Coben
Huis van herinneringen - Nicci Gerrard
In het donker - Alison Gaylin
In haar lichaam besloten - Ann-Marie MacDonald




Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...