maandag 5 oktober 2015

Brunchen in het donker oftewel een zeer bijzondere ervaring




Ctaste - Dineren in het donker
Een bijzondere zintuiglijke belevenis bieden en volwaardige en betaalde banen voor visueel beperkten creëren, daar is Ctaste in 2007 voor opgericht.

Bij Ctaste is het volledig donker, proeven, horen, ruiken en voelen zult u totaal anders ervaren. Daarom staat smaak bij ons centraal en verrassen wij u  met een smaakvol uitgebreid diner. Maar Ctaste staat niet alleen voor een unieke smaakbeleving. Deze zintuigelijk belevenis biedt volwaardige en betaalde banen voor visueel beperkten. Dit is waar Ctaste in 2007 voor is opgericht.

Inmiddels heeft Ctaste 11 visueel beperkte experts in dienst die wij vanuit een uitkeringssituatie aan een subsidievrije betaalde baan hebben geholpen. In het donker zijn zij degene die perfect functioneren en zorgen voor een belevenis om nooit meer te vergeten.



Daar zat ik dan, in eerste instantie onbeweeglijk. In het volslagen donker. Jeroen, onze ober (die ja: visueel beperkt is en dus nee: geen nachtvizierbril op had), had Peter en mij naar onze tafel gebracht. In een driepersoonspolonaise waren wij achter hem aangelopen, mijn hand op Jeroens schouder, Peets hand op die van mij, door een gordijn, door nog een (geloof ik...) en waren zo in een totaal verduisterde eetzaal beland. (Al had het wat mij betreft net zo goed een stikdonkere gang kunnen zijn.) Het donker stond als een muur voor mij. “Wij staan nu bij de tafel waar jullie aan gaan brunchen. Ik pak je hand, Sylvie, en leg die op de stoel. Voel je het? En hier is de tafel. Ga maar zitten.” Daarna hoorde ik hoe Jeroen Peter zijn stoel “wees”. Raar was dat al meteen. Onwerkelijk en heel erg raar om alleen maar te kunnen horen en niks, echt helemaal niks, te kunnen zien. En toen zat ik daar dus in dat volslagen donker, mijn knie hield ik tegen die van Peter aan om zeker te weten dat hij er zat, te wachten tot mijn zintuigen met hun nieuwe rolverdeling klaar waren. Nog maar een paar uur geleden had ik me tijdens mijn zondagochtendloop verlustigd aan een fraaie zonsopgang; een groter contrast was niet denkbaar.

Onze brunch zou uit vier gangen bestaan. “De derde gang is iets warms en tot slot is er een zoet dessert. Verder proberen jullie zelf maar uit te vissen wat jullie eten.” Jeroen legde bestek neer (“Maar eet gerust met je handen, niemand die het ziet.”) en zette glazen en een fles water op tafel (“Inschenken mogen jullie zelf doen.”). Dat inschenken ging onwennig maar lukte wonderbaarlijk goed. De clou was, zo had ik vantevoren al bedacht, om één vinger in het glas te houden zodat je kan voelen hoever je al met schenken bent. 

Hier schonk ik mijn glas bij. Zonder te knoeien! Dankzij de truc met de vinger in het glas. Ik besloot wel ter plekke om geen koffie of thee te bestellen ;)


De eerste gang:
“Ik voel iets van brood...”
“Een croissantje! Ja! Dit is een croissant! En daarnaast...”
“Het is zoetig. Iets met appel?”
“Ik heb een bakje met boter ernaast. Jij ook?”
“Eh, het is iets duns, iets vloeibaars. Jam?”

Het kletsen tussen de gangen door ging ook wat (tja, ik gebruik het woord nog maar eens bij gebrek aan een betere omschrijving) ráár. Ik had de neiging om de momenten waarop ik normaalgesproken zou knikken of glimlachen van geluiden te voorzien omdat ik me zo erg realiseerde dat Peter (of Jeroen tijdens het bedienen) mijn reacties niet kon zien. Aan een tafel achter ons zat een gezelschap van (zo te horen) zes personen. Zij waren druk aan het praten en het viel me op dat hun gesprek bijna woordelijk te volgen was. Was dat omdat ik van de weeromstuit beter kon horen of spraken zij luider omdat zij ook niks en vooral niemand konden zien en zich dus niet bewust waren van het feit dat anderen mee konden luisteren? Het kostte veel moeite om me van deze geluiden wat af te sluiten en me te concentreren op het aftasten van de tafel (waar is mijn glas?), me af te vragen waarom mijn ogen moe werden en of het zou schelen als ik ze dicht hield (heb ik ze wel open?) en een gesprek te voeren met Peter (die het heel lollig vond om op een bepaald moment zijn knie niet meer tegen de mijne te houden en niks terug te zeggen: “Peet, ben je er nog?!” - “Ha-ha-ha-ha!” - zucht...).

Gang nummer twee:
“Ik voel een broodje! Iets met maanzaadjes?”
“Roomkaas. En wat zoetigs...”
“Een walnoot!”
“Gewoon brood met... Sla en ham? Fricandeau?”
“Een soort salade. Ei of zo. Lekker, hoor.”
“Ik ruik geen ei. Ik ruik.... ik weet niet wat ik ruik.”

We hoorden Jeroen ondertussen ook de andere tafels bedienen. Af en toe raakte hij met zijn trolley Peters stoel maar verder leek het vlekkeloos te gaan. Het weghalen van onze lege borden evenals het neerzetten van een volgende gang, werd vantevoren aangekondigd zodat wij wisten wat hij ging doen; geen enkel moment was er iets ongemakkelijks of werd er iets, al dan niet bijna, omgestoten. Ook niet door ons. Niet dat wij hoorden tenminste. Ik had thuis gelezen dat mensen met een visuele beperking erg gericht zijn op luisteren naar de ander en dus prima functioneren als op het service bieden aankomt. Voor Jeroen gaat dit zeker op. Aan het begin vroeg hij naar de voornamen van de klanten die onder zijn hoede vielen en hij bleef je daarna niet alleen bij je naam noemen, hij onthield ook feilloos wie waar zit. Ook bij de grotere groepen. In een dergelijke setting waar je, zo voelt dat tenminste, helemaal aan hem overgeleverd bent, geeft dat extra vertrouwen. 

De derde gang:
“Een quiche!”
“Ik proef paprika. En ik voel een stukje wortel.”
“Ik eet dit met mijn vork.”
“Ik ook. Maar het valt er wel steeds af...”
“Staat de fles water bij jou?”
“Eh....”
“Volgens mij valt er iets naast mijn bord.”

Ik zei hier wel stoer dat ik de quiche met mijn vork at maar stiekem had ik toch ook mijn vingers nodig. En daarna mijn servet.
Het donker, het echt heel pikkedonker, begon een soort van te wennen. “Een soort van”; ja, het klinkt heel vaag maar ik kan het niet anders omschrijven. De omgevingsgeluiden en de achtergrondmuziek bleven wel vrij luid, luider dan onder “normale” omstandigheden, en ik had steeds de neiging om de muur (of was het een pilaar?) naast mij te betasten, ook voelden mijn handen steeds over de tafel en zochten zij regelmatig die van Peter. De wetenschap dat niemand mij kon zien stuntelen stelde wel wat gerust. Het eten en drinken viel me reuze mee; wat dat betreft had ik best iets van soep aangedurfd. Totdat...

De laatste gang:
“IJs!”
“En iets.... sponzigs...?”
“Slagroom.”
“Nee, aan de linkerkant. Kaas?”
“Ik heb een koekje. Een... eh... kletskopje?”

Dat was toch wat lastiger: het ijs en dat “andere zachte” schoven over het bordje en waren niet zo gemakkelijk op te lepelen. De broodjes konden we met onze handen eten, de quiche lukte ook redelijk (.....) met een vork maar het toetje was een iets hogere tak van sport. Het was lekker maar we werden er moe van en bovendien zaten onze magen inmiddels behoorlijk vol. Ik realiseerde me dat ik ongemerkt meer had gegeten dan ik normaal doe. Meer en vooral op een manier die in een ander restaurant op z’n minst voor opgetrokken wenkbrauwen had gezorgd. Ik zat over mijn bord gebogen te ruiken, te voelen met mijn vingers, ik nam happen van een toch lege vork, stootte met het ijslepeltje tegen mijn wang (en natuurlijk zat er dan wel ijs of slagroom of wat van dat “sponzige” op).

Het was raar, vreemd, onwerkelijk om echt helemaal niets te zien. Ik had verwacht dat ik beter zou kunnen ruiken en proeven maar dat was niet zo, ik hóórde wel beter of, preciezer gezegd, ik vond alles harder klinken: stemmen, muziek, geluiden van borden die op elkaar werden gestapeld, glazen die neer werden gezet. (Het dringt nu tot mij door dat ik nauwelijks gekletter van bestek heb gehoord, waarschijnlijk omdat de andere gasten ook meer hun handen gebruikten?) Vantevoren was ik benieuwd of het claustrofobisch zou voelen; dat was (gelukkig, pfff) totaal niet zo, wel was het vreemd om geen flauw benul te hebben hoe groot de ruimte was waar wij zaten (ik wist niet dat ik dat belangrijk vond). Dat mijn ogen moe, behoorlijk moe zelfs, werden begreep ik niet; ik kon immers nergens naar turen, ze dicht houden veranderde niets aan dat gevoel. Ik was niet bang, niet in het restaurant tenminste, het beangstigende besef hoe het moet zijn om echt en voor altijd niets te kunnen zien, sijpelde later die dag wel steeds meer door.

Als kind hadden we zo’n spelletje (je kent het vast wel): wat zou je “liever” willen zijn, doof of blind? Ik hoefde er nooit over na te denken: doof! Niet meer kunnen lezen, niet meer je dierbaren kunnen zien, niet zomaar kunnen gaan en staan waar je wilt, doen wat je wilt... Vreselijk! De “keus” van toen zal nooit veranderen. Peter, muziekliefhebber in hart en nieren, had steevast een ander antwoord. Niet meer naar zijn geliefde muziek kunnen luisteren is een nachtmerrie voor hem. Sinds gisteren is dat anders, zei hij. Sinds gisteren beseft hij dat niet kunnen zien minstens zo erg is als niet kunnen horen. Zo’n ommekeer na zo’n twee uur, afgezien van een paar stappen onder begeleiding, gewoon op een stoel aan tafel zitten; ik vind het veelzeggend.

Het was al met al een zeer bijzondere en waardevolle ervaring. Eéntje die ik iedereen, zelfs degenen met “vreemd” eten-issues, van harte aanbeveel. Ik geef toe dat ik vantevoren, tijdens het me ontzettend verheugen op deze brunch, een licht gevoel van schaamte had; ik zou immers alleen voor heel kort blind zijn en daarna als ziende weer naar huis kunnen. Maar er zijn niet veel mogelijkheden om je zo in de wereld van iemand met een lichamelijke beperking te verdiepen en verdiepen betekent, als het goed is, vaak begrip en respect. En beseffen dat het niet zo gewoon is wat je allemaal (nog) hebt en kunt.

Dus: dankjewel, Paul, voor dit mooie cadeau, deze unieke belevenis! En dankjewel dat je geen moment hebt getwijfeld of ik het wel "aan zou kunnen", dat laatste vind ik een fijn compliment. {{kus}}

Ctaste in Amsterdam. Na het nemen van deze foto was ik extra voorzichtig bij het oversteken; het leek me de ironie ten top om uitgerekend voor dit restaurant van mijn sokken gereden te worden omdat ik niet goed uitgekeken had.







Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...