dinsdag 3 september 2024

Zussen op de foto

Onlangs was ik met mijn twee zusjes op een feestje. Er was veel plezier en muziek en er werden ook foto’s gemaakt. Dat laatste bracht een van ons op het, in de ogen van de andere twee, onzalige idee om een foto van ons drietjes te laten maken. Er werd een “vrijwilliger” uit het feestgedrang geplukt en toen moest er geposeerd en gelachen worden.
 
Ik heb een wat lastige relatie met gefotografeerd worden. Ik kan best wel leuk lachen maar zodra er iets van een camera op mij gericht wordt, schiet mijn gezicht, en dan vooral mijn mond, in een soort kramp. De enige foto’s waarop ik, in mijn ogen, redelijk op sta, dateren uit mijn kindertijd. Daarna begon het mis te gaan en als puber klaagde ik er al over tegen moeder.
“Kijk dan, zo stom!”
“Nou, valt toch wel mee...” zei zij dan eerst lief.
Maar als ik toch doorging, kwam de meer nuchtere reactie: “Ach, precies zoals je bent, toch!”
Ze bedoelde het goed, het had alleen niet het juiste effect. Tot grote frustratie van Peter blijf ik tot op heden negen van de tien foto’s waar ik op sta afkeuren. Als ik al op de foto gezet wil worden.
 
Op dat feestje kon ik er, dankzij dat ene zusje, niet onderuit.
We moesten natuurlijk dicht bij elkaar staan waarbij die van dat onzalige idee haar arm om de zus naast haar sloeg. Laten we voor de lieve vrede zeggen dat het uit zusterlijke genegenheid was en niet om te voorkomen dat die ander (drie keer raden wie dat was) zou ontsnappen.
En we moesten dus lachen.
We moesten blijven lachen en nog wat langer lachen (de fotograaf nam zijn tijd).
Toen klonk er eindelijk, ein-de-lijk het verlossende “Ja, goed!”.
(Overigens weet ik nooit of “Ja, goed!” in zo’n geval betekent dat de foto al genomen is of dat er dan afgedrukt gaat worden. Dit komt het eindproduct zelden ten goede. Als er hierbij al over “goed” gesproken kan worden.)

Dan volgt hier een beschrijving van hoe wij er uiteindelijk bij en op stonden:
Op rechts staat de zus, die van dat idee, liefjes lachend met haar meest onschuldige blik. Háár versie van onschuldige blik.
Naast haar, in het midden dus, probeert er een zus weg te duiken omdat zij door die ene met haar meest onschuldige (beter nog: meest schijnheilige) blik stiekem in haar zij wordt geknepen. Dat wegduiken ging gepaard met iets wat een lach had moeten zijn maar waarschijnlijk ook zonder die knijp al op een manische grimas had geleken.
De zus aan de linkerkant probeert het gedoe naast haar te negeren. Dat haar dit niet goed lukt, is te zien aan haar wat vermoeide glimlach. Haar poging om te redden wat er, qua foto, te redden was, is dapper maar vooral tevergeefs te noemen.
 
We hebben (achteraf) weer gelachen maar het is, toch en natuurlijk, weer een foto geworden die ík niet in zal lijsten noch (onbewerkt) zal delen. Ook al is het er een waarvan onze moeder zou zeggen: “Ach, precies zoals jullie zijn, toch!”.
Deze keer wel terecht.
 
 
 

Geen opmerkingen:

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...