Normaalgesproken ga ik op de fiets naar mijn werk. Maar als
het weer en het gewicht van mijn tas het toelaten ga ik graag lopen. Ik doe dan
de oortjes van mijn telefoon in en luister tijdens het wandelen naar een
luisterboek. Dat is op de heenweg genieten en op de terugweg genieten én tegelijk
alles van de werkdag lekker achter mij laten.
Een week of wat geleden was ik zo weer wandelend en
luisterend onderweg toen ik iemand “Hee! Dat mag niet, hoor! Dat is gevaarlijk!”
hoorde roepen. Ondanks dat ik mijn geluid zoals gewoonlijk niet hard had aanstaan en alles
rondom mij dus goed kon horen, haalde ik één oortje uit mijn oor: “Wie was dat?
Was dat tegen mij?” Half achter mij bleek een meneer met zijn hondje te lopen
en hij had het wel degelijk tegen mij.
“Weet u niet dat dat niet mag? Zo met die oortjes in? Die
zitten zeker aan een telefoon vast, hè? Dat is niet alleen verboden, het is ook
gevaarlijk!”
“Verboden? Gevaarlijk? Meneer, ik kijk niet op mijn
telefoon, ik luister alleen.”
“Maar u hoort zo niets!”
“Ik hoorde u toch?”
“En toch leidt het veel te veel af!”
“Ach toe nou, meneer…”
“Nee, mevrouwtje!”
Het zou natuurlijk vriendelijk zijn geweest
als ik de man voor zijn bezorgdheid had bedankt en hem een rustige dag had
gewenst maar er waren een paar redenen waarom ik dat niet deed:
a. Hij was tegen mij aan het schreeuwen. Daar houd ik niet
van. Nooit niet en zeker ’s ochtends vroeg niet.
b. Hij leek bijna sprekend op een helemaal niet aardige
(understatement) leraar van vroeger. Niet alleen omdat deze Duits gaf
maar omdat hij zeer autoritair was. Daar hield ik niet van en daar houd ik nog
steeds niet van.
c. Hij zei “mevrouwtje” tegen mij. Niet “mevrouw”, nee “mevrouwtje”.
Fout-fout-fout!
Om die redenen dus zei ik verder niks en deed ik alleen maar
mijn oortje weer in. Duidelijk klaar om al verder luisterend (!) mijn weg te vervolgen. Misschien dat die beweging wat te uitdagend voor meneer
was, hij lette in ieder geval niet op zijn hondje dat voor zijn voeten aan het
rondsnuffelen was, struikelde daardoor van de stoep op het naastgelegen
fietspad en viel bijna, bijna niet helemaal, tegen een fietser op. Een fietser
die, en dat vond ik (behalve natuurlijk vreselijk fout) het toppunt van ironie,
al tikkende op zijn telefoon de man bijna achteloos ontweek.
Het is me zowaar gelukt om mijn lach in te slikken.
Het geluid dat mij toch ontsnapte had best voor een hoest
door kunnen gaan.
Maar meneer had een punt, dat moet ik hem nu wel nageven: behalve
dat met je telefoon bezig zijn in het verkeer een absolute no-go is, kan ook gewoon
wandelen met de oortjes van een telefoon in gevaarlijk zijn en te veel afleiden.
Zelfs/ook/vooral als je zelf niet eens een telefoon bij je
hebt.
(Maar wel een slechte bui.)
(En een hondje.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten