Lieverds,
Omdat je iets waardevols als vriendschap nooit
voor vanzelfsprekend moet nemen en omdat het vandaag de internationale dag van de vriendschap is (waarvan ik tot voor een kleine week geleden niet eens wist
dat-ie bestond), leek het me een goed idee om bij jullie, bij ons stil te
staan.
Jullie weten het: ik ben niet zo van de grote
groepen, dat is ook een van de redenen dat een aantal van jullie elkaar amper
kent, hooguit van een enkele keer of alleen uit mijn verhalen. Sommigen van
jullie kennen elkaar juist weer heel goed, misschien zelfs beter dan ik, omdat
jullie zusjes zijn. Wij hebben elkaar ontmoet via onze kinderen, via de school
waar wij ooit, lang geleden samen op gezeten hebben, de werkgever die wij delen
of gedeeld hebben, dankzij internet of omdat wij dezelfde ouders hebben. Wij
zijn vriendinnen sinds onze aller-vroegste jeugd of sinds relatief kort, wij
spreken (waarbij het begrip “spreken” heel ruim genomen moet worden) elkaar
dagelijks of slechts een paar keer per jaar. Wij zijn tegelijk verschillend en gelijk, wij vullen elkaars zinnen aan maar weten elkaar ook te verrassen.
Iemand vroeg mij een keer wat voor mij het
verschil maakt tussen een goede kennis en een vriendin. “Met een vriendin zou
ik zomaar in een lift vast kunnen zitten en het nog niet eens zo erg vinden.
Met een kennis, hoe goed ook, moet je dat maar afwachten.” Ik flapte het er
zomaar uit en ja, ik keek ook op van mijn eigen antwoord. Toch, als ik er wat
langer over nadenk: er zit best wel wat in:
Jullie zouden niet zeuren. Jullie zouden
natuurlijk wel schrikken maar, en ik ga er even vanuit dat er geen anderen in
die lift staan, jullie zouden iets als “O jee!” zeggen en meteen er achteraan
“Waar hadden we het over?”. Zoiets. Daarna zouden we op de grond gaan zitten en
gezellig verder kletsen. De mogelijkheid zit er dan in dat ik op een gegeven
moment voorstel om via het plafond uit de lift te komen (omdat ik net weer zo’n
film gezien heb) maar dan hielden jullie mij vast tegen met argumenten als:
“Alsof jij bij dat plafond kan, kleine!” - “Echt niet dat ik jou optil!” - “En
dan? Jij verdwaalt al op een rechte straat, wat moet je daarboven?” of gewoon
met de slappe lach. Een kennis daarentegen zou zomaar wel kunnen zeuren en blijven
zeuren. Boos worden terwijl dat niet helpt, klagen dat “alles” ook “altijd”
tegenzit. Of mij serieus nemen bij mijn poging tot klimmen.
Hoewel wij nog nooit (knock on wood) in zo’n
situatie hebben gezeten, ben ik er toch zeker van dat wij er de lol van zullen
inzien. Er het beste van zullen maken. Elkaar zullen troosten als de lift
steeds kleiner lijkt te worden. Een oplossing zullen vinden als we moeten plassen. Zo heb ik jullie namelijk leren kennen en waarderen: als ruimdenkende, pragmatische,
no nonsense vrouwen met veel gevoel voor humor die ook nog eens perfect kunnen
aanvoelen of ik een schop onder mijn achterste of een stevige knuffel nodig
heb. Of gewoon toch een tweede glas rosé.
Wees niet bang of verbaasd: die wordt geen sentimenteel
tranentrekkend dankwoord of iets dergelijks. Ik wil alleen laten weten dat ik
blij met jullie ben. Heel erg blij. En dat ik jullie voor geen goud zou willen
missen. (En ook niet voor chocola. Of sushi. Of een margarita. Voor geen goud
dus.)
Veel liefs en tot gauw!
Sylvie
PS En nu geen berichtjes achterlaten dat
vastzitten in een lift wel erg ver gaat. Dat ik best wel een beter voorbeeld
had kunnen bedenken met al jullie mooie, stoere, enzovoort-enzovoort karaktertrekken
o.i.d. Laten we het erop houden dat de vraag me overviel en dat ik jullie
privacy respecteer. Vooral dat laatste. Dus.
O, enne.....
#tip
Geen opmerkingen:
Een reactie posten