“En wat zeiden ze over mij?”
Haar dochter was benieuwd wat haar leraren hadden verteld tijdens de tien minutengesprekken op school.
“Je mentor was tevreden. Alleen je lerares van Aardrijkskunde kon ik niet vinden. Ik zag allerlei namen bij de lokalen maar mevrouw Kluns zag ik er niet bij staan. Dus met haar moet ik....”
Dochter was keihard in de lach geschoten. “Mevrouw Kluns! O, mam! Zo nóemen we haar alleen, ze heet Muns!”
“Soms kan je maar beter gewoon goed blunderen,” zei mijn vriendin later. “Dat is ook erg maar dan is het voorbij. Maar bijna-blunderen... Ik moest er zo vaak aan terugdenken. Stel je voor dat ik die vrouw wel gevonden had en haar Kluns genoemd had! In mijn hoofd had ze op zoveel manieren kunnen reageren.”
Bijna-blunderen. Mooi woord. En ik snap haar helemaal. Uit eigen ervaring zelfs.
Een gewone, rechtstreekse blunder is niet leuk. Je wordt uitgelachen, je schaamt je rot, je durft die ander nooit meer te zien, je checkt en driedubbel checkt voortaan of je rok echt niet in je onderbroek vastzit na toiletgang, maar op een gegeven moment is het over. Dan is het nog een sterk verhaal waar je zelf om kunt lachen. Desnoods met wat moeite.
Bijna-blunders daarentegen... En dan vooral bijna-blunders van mensen met (te) veel fantasie... Die mensen kunnen nog heel lang de zenuwen krijgen van wat er had kunnen gebeuren. Voordat zij om het bijna-voorval kunnen lachen zonder tegelijk met terugwerkende kracht weer klotsende oksels te krijgen, daar kunnen jaren overheen gaan. Op z’n minst maanden.
Ik wou dat dit anders was maar, nogmaals, ik weet dit uit eigen ervaring.
Mijn ergste bijna-blunder had ik bij mijn huisarts.
De man had sinds een paar jaar de praktijk van de vorige overgenomen en ik vond hem een verademing. De “oude” was niet bepaald een toegankelijk persoon. Deze arts hoorde je aan, onderzocht je zonder al te veel woorden of uitleg, schreef eventueel een, uiteraard onleesbaar, recept uit en dat was dat.
Zijn opvolger was veel persoonlijker, veel moderner ook. Hij vertelde niet alleen wat het probleem zou kunnen zijn, hij betrok zijn patiënten ook bij de mogelijke oplossingen. Voor mij, iemand die graag het heft zoveel mogelijk in eigen hand houdt, was hij de ideale huisarts. En uitgerekend door een stomme bijna-blunder moest ik naar een ander op zoek.
Nou ja, zóu ik, volgens één van de vele zelfbedachte scenario’s, naar een ander op zoek moeten.
Want zeg nou zelf: hoe kan je bij een huisarts blijven die jou vraagt... van wie je dénkt dat hij jou vraagt....
Nee, laat ik bij het begin beginnen.
Peter en ik waren al een poosje getrouwd en we wilden graag een kindje. Tijdens een pilcontrole (dat was toen heel normaal, hoe het nu is weet ik niet) vertelde ik dit onze huisarts.
Hij reageerde zoals verwacht heel prettig: “Dat is leuk, dan is dit dus je laatste controle. In ieder geval voor de pil.” Ik knikte blij, in gedachten zag ik mij al met een klein babybuikje.
Maar wat er toen volgde was iets wat ik totaal niet aan zag komen.
“En wie wil je die de bevruchting doet?”
Poef! Weg beeld van Syl-met-buikje! Ik wist niet wat ik hoorde! Wat zegt hij nu? Hoe modern is die man? Ik staarde hem aan, deed mijn mond open, daarna weer dicht, voelde verbijstering plaatsmaken voor verontwaardiging en wilde net “Peter natuurlijk!!” uitroepen, toen hij op bijna gezellige toon verder ging:
“Wil je een verloskundige? Wil je dat ik het doe?”
Toen viel het kwartje, toen drong het heel langzaam tot mij door. Hij had “bevalling” gezegd, niet “bevruchting”.
O man...
Stel dat ik meteen had gereageerd...
O man...
Stel dat hij niet direct door had gevraagd....
O man o man o man…
Net als bij mijn vriendin na die ouderavond heeft deze bijna-blunder nog heel lang door mijn hoofd gespeeld.
Hoe zou mijn huisarts gereageerd hebben als dat “Peter natuurlijk!!” wel uit mijn mond was gekomen? Zou hij gedacht hebben dat Peet er als vroedman wat bijkluste? Zou hij begrepen hebben dat ik “bevruchting” had verstaan (....) en zijn stoel van schrik/verontwaardiging/schaamte/verbijstering een paar meter naar achteren geschoven hebben.
Zou hij zich suf gelachen hebben? Mij de praktijk uit hebben gezet, bij voorbaat al uit de ouderlijke macht?
Zoveel gedachten, zoveel fantasie, zoveel scenario’s, de een nog erger dan de ander.
Echt, doe mij dan maar een gewone blunder, hoe pijnlijk ook.
Want bijna-blunders....
Man o man....
2 opmerkingen:
Haha heerlijk! Ik blunder mij wat af in het leven :)
Dat van die namen herken ik. Ik noemde een mentor ooit meneer Zilvervloot en die goede man heette Zwitserloot. Ik vond het zelf wel grappig, maar dochter schaamde zich de ogen uit haar hoofd, haha.
Heb nog vele ergere blunders hoor, misschien moet ik daar ook maar eens over bloggen, lol!
Ik kijk erg uit naar jouw blunderblogpost! :)
Een reactie posten