vrijdag 13 april 2012

Stoer



Vorige week donderdag. Met een volle dag voor de boeg stapte ik nog wat slaperig de badkamer in, om een minuutje of wat later 100% wakker naar het stukje toiletpapier in mijn hand te kijken. Verschillende emoties en bijbehorende gedachtes begonnen door mijn hoofd te stuiteren.

1. Verbazing, omdat het alweer geen-idee-hoeveel jaar geleden was dat ik dát zag.
2. Ongerustheid, omdat het na één-jaar-niet-meer kan duiden op serieus foute boel.
3. Angst, omdat als het inderdaad serieus foute boel zou zijn, er een heleboel dingen zouden volgen, die....
4. Ergernis, omdat ik die dag ook iets leuks zou doen; ik zou gaan hardlopen met iemand die ik, looptechnisch in ieder geval, hoog heb zitten en van wie ik veel tips te verwachten had.

Verbaas je niet teveel over emotie nummer 4; dat doe ik al jaren niet meer, ik schijn gewoon zo in elkaar te zitten. Ergernis helpt mij bovendien (in gevallen als deze) om niet weg te zakken in nummer 2 en, nog erger, nummer 3. Dankzij ergernis kon ik mezelf even stevig bij de schouders pakken:

"Opbellen, nú! En rechtstreeks naar het ziekenhuis, niet via de huisarts!"
"Niet vooruitlopen op zaken die misschien niet eens aan de orde zijn!"
"Wees blij dat je vanmiddag al voor een onderzoek kan komen! (In plaats van ongerust omdat de assistente het kennelijk ook geen zuivere koffie vindt...)"
"Zeg je afspraken niet af, er is tijd genoeg tot half vier, en ga vooral hardlopen!"
"Blijf kalm, adem door, wees stoer! Doe op z’n minst alsof..."

Stoer zijn. Stoer doen. Dat heb ik gedaan. Die hele dag tot half vier. De rest van de dag vanaf half vier. Tijdens het gesprek, tijdens de onderzoeken. Even leek het niet te lukken, dat was toen de gynaecoloog bijna mijn “stoer” mee microcuretteerde (“Dit gaat even vals aanvoelen!” Mán, wat had hij gelijk! Behalve wat dat “even” betreft...) Maar in het kleedhokje kon ik mijn stukjes “stoer” weer bij elkaar vegen. En een klein beetje nattigheid van mijn wangen.

Ik ben daarna een hele week stoer gebleven, op een paar momenten na, toen heb ik alleen maar stoer kunnen dóen. En gistermiddag zat ik stoer, slechts heel licht hyperventilerend, te wachten op het telefoontje van het ziekenhuis. Om drie uur belde de arts: “Het is goed, mevrouw Van Leusden. Er is niks mis, er zijn geen foute cellen gevonden!”

Diepe, heel diepe zucht. Vanuit mijn tenen, de topjes van mijn vingers, via mijn baarmoeder die kennelijk een soort van midlife crisis had ondergaan, langs mijn langzaam ontspannende keel, door mijn mond naar buiten. Een weinig stoere, maar heel diepe zucht.



Zó, zó blij. Zó, zó opgelucht.
En ook zo moe van dat stoer-zijn.

5 opmerkingen:

Roelien zei

Vandaar die prosecco.....nou ik snap het hoor, wat een stress, gelukkig is alles goed!

Stans zei

Gelukkig......Xxx

Unknown zei

Tjonge, dat is schrikken! Gelukkig is er niks mis!

P. van leusden zei

Er is nog iemand heel blij....

Anoniem zei

Van harte gefeliciteerd met deze uitslag :-)
Af en toe laat de natuur je schrikken en dan kun je daarna weer extra genieten van dat ene glaasje "sap".

groetjes Tiny Tuip

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...