zondag 28 augustus 2011

Een leestip


Collega-vriendin P. raadt me regelmatig boeken aan. Dan begint ze erover te vertellen, zo boeiend en beeldend dat ik op zo'n moment de neiging heb om mijn benen onder mij te krullen en mijn duim in mijn mond te steken. Of ze draagt er een gedicht uit voor en dan ben ik er òf stil van òf ik krijg spontaan de slappe lach. Het zijn dierbare, gouden momenten. Negen van de tien keer leen en lees ik dan haar leestip en tot dusver heb ik daar nog geen spijt van gehad.

Laatst legde zij een prentenboek voor mijn neus: “Ken je dit al?” en ik begon te lezen. Het heette "Moet dat nou zo??!" van Peter Schössow en het ging over een boos meisje.


Zij slofte kwaad met haar tasje rond en ze ging tekeer tegen iedereen die zij tegenkwam. “Moet dat nou zo??!” schreeuwde ze dan. Het meisje was boos, vreselijk boos, op de hele wereld.


 Maar de hele wereld begreep er niks van. Er werden schouders opgehaald en verbaasd gekeken.



Gelukkig was er een groepje dat niet alleen verbaasd de schouders ophaalde maar dat wilde weten wat er aan de hand was en dat, ondanks haar vreselijke boosheid en dus heel dapper, ook durfde te vragen: "Meisje, wat is er dan mis?"...


Toen eindelijk kon het meisje over haar dode vriendje vertellen, toen kon ze verdrietig zijn in plaats van boos. Toen kon zij zich laten troosten door het meelevende groepje en door haar eigen mooie herinneringen. Toen kon zij afscheid nemen.



En toen stonden de tranen in mijn ogen. Om het gemis, de troost en het begrip. Om de herkenning, de mooie tekeningen en ook om de humor. Ik had er stilletjes verschillende tranen van.

Boeken kunnen dat met je doen. Soms raakt een boek je recht in je hart en blijft het je bij. Dit prentenboek deed dat met mij. Ik heb het boek die dag gelezen en daarna in de kast teruggezet. De week erna heb ik het weer gepakt en nog eens gelezen. En nog eens. Het is een boek met weinig woorden en meer inhoud dan je op het eerste gezicht zou denken.


Er zou alleen een zakdoekje bij moeten zitten.

zondag 21 augustus 2011

"Nou ja, zeg!"


“Wat zie jij er fris uit!”

Leners en lenertjes geven wel vaker complimentjes, maar deze opmerking uit de mond van een volwassen mannelijke bibliotheekbezoeker viel zachtgezegd toch behoorlijk op. Mijn hand ging onwillekeurig richting de wat lage hals van mijn shirt en ik voelde de collega naast mij verstijven. Toen herkende ik de man die voor ons aan de balie stond en ik lachte hem blij toe.

Ach, wist mijn collega veel dat de “vrijpostige” lener tegenover haar net als ik regelmatig hardloopt en dat wij elkaar die ochtend tegen waren gekomen. Wist de vrouw in de rij achter hem veel dat hij op onze frisse start van de dag doelde. Dan had zij vast niet met een hartgrondige “Nou ja, zeg!”-blik naar hem gekeken. En daarna naar mij toen ik enthousiast reageerde:

“Ja! Wat was het héérlijk, hè, vanochtend!”

dinsdag 16 augustus 2011

De Posbank



Het was één van onze laatste zomervakantiedagen en we wilden er nog even tussenuit. Nog even, tussen de buien door, iets leuks doen, iets moois zien.


Iets niet te ver weg, vanwege die buien, maar wel iets anders dan anders. Iets anders dan een ritje langs de rijn of een wandeling door het Edese bos.


We besloten naar de Posbank te rijden. We waren er zo lang niet geweest dat we niet eens meer wisten of we er ooit wel sámen geweest waren.


Die fout, dat heel lang wegblijven van dat mooie stukje natuur op krap een half uurtje rijden van onze woonplaats, die fout zullen we niet gauw meer maken.


Het is er namelijk zó prachtig! Dat uitzicht, die bomen, die hei... Die hei die zo vol overtuiging stond te bloeien... Adembenemend mooi!


Er was niks anders te horen dan de wind, af en toe een voorbij rijdende auto of een wielrenner. En het gezoem van bijen, de bijen die van de heide snoepten.


We verbaasden ons dat er zo weinig toeristen rondliepen en we besloten om er veel vaker naar toe te rijden. In elk seizoen minstens één keer. Hoe moet dit er wel niet in de sneeuw uitzien? Kan je er dan wel komen?


We zullen het wel zien. We zullen het beslist wel vaker zien.


Zó ontzettend mooi... En zo dichtbij ook nog...

dinsdag 9 augustus 2011

Lopen


Ik ging al een tijdje niet meer naar de sportschool. Ik had ooit een vaste woensdagochtendles en een wat vrijblijvend fitnessuurtje. Dat fitnessuurtje verdween als eerste uit beeld en langzaam maar zeker ook de steeds minder vaste woensdagochtendles. Ik was druk-druk-druk met opeens zoveel andere dingen. Dringender, leukere dingen dan naar de sportschool gaan. Vond ik.

Helaas dachten mijn conditie en de weegschaal daar anders over. Er moest dus wat gebeuren. Op bewegingsgebied. Iets wat ik zou kunnen doen op de tijd dat het mij uitkomt. Waar geen werkoverleggen, bijkletsochtenden, uitverkopen, kappersbezoeken en andere afspraken tussendoor konden fietsen. Waar ik niet nèt te laat voor zou kunnen zijn zodat ik maar beter thuis kon blijven. De conclusie lag erg, heel erg, voor de hand: ik moest maar weer gaan hardlopen...

Hardlopen dus. Net als ruim zeven jaar geleden. Langzaam opbouwen met een schema en dan deze keer volhouden. Volhouden en niet stoppen als het doel, een half uur achtereen lopen, gehaald is. Ik geef het toe: ik heb dit idee een poos voor me gehouden. Ik heb naar mijn oude schoenen gekeken (bijna kapot), naar dat schema gezocht (niet gevonden) en gezucht (diep). En toen opeens, tijdens een gesprek over van alles en niks met zusje B., toen flapte ik het eruit: “Ik ga, denk ik, maar weer eens, eh, hardlopen...” En B. reageerde heel verrassend.


Inmiddels zijn we ruim zes weken verder en lopen we drie keer in de week samen een half uur over het kantorenterrein naast mijn wijk. Mijn oude schoenen zijn vervangen door nieuwe en het niet te vinden papieren schema door een cool programmaatje op mijn iPhone. Een vriendelijke stem vertelt ons wanneer we “moeten” lopen en wanneer we “mogen” wandelen. En aan het eind van elke training krijgen we een welgemeend complimentje “Well done!” (Dat kreeg ik van mijn papieren schema niet..)

We doen het ook heel erg “well”. Soms vinden we het de deur uitstappen moeilijker dan het lopen zelf. Soms lopen we meer op doorzettingsvermogen dan op onze nieuw opgebouwde conditie. Soms lijkt het meer op sjokken dan op joggen, maar we doèn het wel. Door weer en wind en desnoods in de stromende regen. Drie keer in de week. ’s Ochtends. We hebben zelfs tijdens onze gezamenlijke week op Ameland gelopen!


Het gaat steeds beter en het voèlt ook steeds beter. Onze lichamen lijken er steeds meer aan te wennen en we voelen ons energieker. Onze hoofden zijn er het meest blij mee; het is namelijk niet mogelijk om te piekeren tijdens het lopen. Het is wèl mogelijk om onderweg te lachen, te kletsen, te genieten van bloeiende bermen en brutale konijntjes. En als we daarna weer terug zijn, als we bezweet en met rode wangen onze schoenen hebben uitgetrokken, dan tintelt dat voldane gevoel nog lang na het douchen na. Kom maar op dag!


O. Ik. Wil. Dit. Echt. Volhouden!

zondag 7 augustus 2011

Geen Amelandverslag


Mijn eerste vakantieweek zit erop en we zijn net terug van good ol' Ameland. Normaalgesproken vertel ik dan hier hoe onze week daar was en dan plaats ik er foto’s bij. Maar toen ik dat vorig jaar deed, toen ik vorig jaar enthousiast vertelde over hoe fijn we het weer op dat eiland gehad hadden, toen viel dat bij iemand niet in goede aarde. Mijn verhaal werd totaal verkeerd opgepakt en ik kreeg de wind van voren.


Ik heb gereageerd en me er daarna niks meer van aangetrokken, maar een herhaling van zetten wil ik graag voorkomen. Zeker na zo’n relaxte week. Ik ga er dus weinig over vertellen. Ik zal hier niet uitweiden over het prachtige weer dat wij troffen, de beste week van de zomer tot dusver. Over hoe vaak wij het woord "boffen" gebruikt hebben, over dat heerlijke gevoel van warm strandzand tussen je tenen en fris zeewater rond je enkels terwijl de meeuwen over je hoofd scheren.

Ik ga niet vertellen hoe gezellig het was dat (schoon)zusje B. deze keer mee was; hoe leuk het was om haar “ons” eiland te laten zien. Haar te zien genieten maakte deze week extra speciaal.


Deze keer dus geen enthousiast verhaal over onze strand- en boswandelingen en over de fietstochtjes. Niets over het mooie, luxe huisje, de rust, de leuke kleren die B. en ik “zomaar” in de uitverkoop vonden en de boeken die we lui liggend in de zon lazen, als we tenminste niet in slaap vielen... Geen woord, geen letter over lekkere tapas en verfrissende drankjes, waar je de lekkerste appeltaart (met een topping van rozijnen en rum!) kan eten en de grote lol die we met ons drietjes hadden. Niks, nada, noppes. Ik kijk wel uit :p

In plaats daarvan enkel wat foto’s. En de opmerking dat we genoten hebben! Op dat heerlijke eiland waar de tijd wel stil lijkt te staan.
Oeps...





Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...