vrijdag 31 mei 2013

Gebroken


Ik had nu zo graag een enthousiast stukje geschreven over de Marikenloop waar ik afgelopen zondag toch aan meegedaan heb. Ik had willen schrijven hoe en hoeveel ik deze keer heb kunnen genieten omdat ik wel zenuwachtig was maar niet zo bloedje nerveus als die eerste keer. En ik had heel trots willen vertellen hoe goed ik gelopen heb (bijna drieënhalve minuut sneller dan vorig jaar, ruim anderhalve minuut sneller dan waar ik deze keer op hoopte) en ook hoe heerlijk ik gelopen heb (vaak inhalend, af en toe versnellend en bijna constant met een lach op mijn gezicht, zelfs toen het toch begon te regenen). 

Maar ik wilde op de foto’s wachten en die kwamen pas maandag aan het eind van de middag op de site. En dinsdag moest ik eerst naar een personeelsbijeenkomst en daarna languit in een tuinstoel omdat het zulk heerlijk weer was en dan ga ik, hoezeer ik nog nagloeide van mijn runners high, niet achter de computer zitten. En toen kreeg ik die middag een telefoontje dat mijn moeder weer gevallen was en stond mijn hoofd niet naar lopen en bloggen over lopen. Het leek weer mee te vallen met haar, zei de verzorging, ze had wel veel pijn maar er leek gelukkig niks gebroken. Ik hoefde niet te komen want ze sliep nou toch. Voor de volgende dag, woensdag, hadden ze wel voor de zekerheid een artsconsult aangevraagd.

Het leek dus weer met een sisser af te lopen maar dat was niet zo. Dat was helemaal niet zo en dat begon vanaf woensdagavond steeds duidelijker te worden.

Ze heeft toch haar heup gebroken. En opereren is, gezien haar lichamelijke en geestelijke toestand, niet een logische optie. Wij, mijn zusjes en ik, kregen de voors en tegens duidelijk voorgelegd zodat wij een zo goed mogelijke beslissing zouden kunnen nemen. Als je naar de woorden en de zinsbouw van deze laatste zin kijkt, is er niks mis mee maar als je je de wereld erachter kan voorstellen dan begrijp je dat er bijna geen letter van klopt.

Die wereld erachter ziet er namelijk zo uit: er zijn geen voors. De verwachting van de arts is dat onze moeder hoe dan ook, operatie of geen operatie, binnen afzienbare tijd zal komen te overlijden. De kans dat zij èn een operatieve ingreep èn een herstelperiode in een vreemde omgeving met onbekende mensen die allerlei "nare dingen" met haar doen goed zal kunnen doorstaan, acht hij (en wij met hem) zeer klein. Daarbij zal de ziekenhuisperiode erg, heel erg naar voor haar zijn. Niet-opereren houdt in dat moeder direct naar haar thuis, naar de plek die vertrouwd voor haar is, kan gaan. Maar dan dus wel met haar kapotte heup waardoor zij alleen maar op bed kan liggen, heel misschien en dan af en toe in een aangepaste rolstoel. Zij zal dan pijnstillers krijgen met zonodig, tijdens verzorgmomenten bijvoorbeeld, iets sterkers als morfine. Haar lichaam zal dit niet lang volhouden. Hooguit zes weken is de ervaring.

“Het is aan jullie, het is jullie beslissing.”
Aan ons. Onze beslissing. Och mama...

Wij hebben, gelukkig unaniem, besloten om onze moeder niet te laten opereren. Straks, over een paar uur wordt zij met een ambulance teruggebracht naar haar thuis en wij zullen bij haar zijn. Zoveel mogelijk. Het is raar en naar om nu een soort van “termijn” te weten maar het troost ons dat haar overlijden dan rustiger zal zijn dan wanneer het in dat “vreemde” ziekenhuis gebeurt. Het zal in de voor haar vertrouwde omgeving zijn waar wij op elk tijdstip dat het ons belieft bij haar kunnen zijn. Waar wij ons ook thuis en gesteund voelen.

“.... zodat wij een zo goed mogelijke beslissing zouden kunnen nemen...”
 Misschien klopt er toch wel iets aan die zin: zo goed mogelijk. Want goed is nu even een heel vaag begrip, goed zullen we nu moeten afdwingen: tijdens de komende “zes weken” gaan we mooie herinneringen maken. Samen. Dat kunnen wij. Dat, en uit allemacht hopen dat onze mam rustig zal inslapen. Heel, heel rustig.


donderdag 23 mei 2013

Onze groentenkwekerij



We hebben al een paar jaar een kruidenmand in de tuin waar ik fijn uit kan knippen. Takjes rozemarijn voor bij de geroosterde aardappeltjes, basilicum voor over de pasta, decoratieve dille bij de vis... Dat werk. Sinds vorig jaar staat er ook een kleine appelboom in een grote bak en toen ik tot mijn grote vreugde zag dat dat boompje, waar ik lekkere appeltjes van verwacht, de winter overleefd had, leek het me leuk om nog meer eetbaars te laten groeien.

Dit formuleer ik expres zo: laten groeien. Ik heb niet zo van die groene vingers en daarbij vind ik het fijner om naar mijn tuin te kijken dan om er fanatiek in bezig te zijn. Ik stelde mij zo voor dat we in een tuincentrum wat leuke groenteplantjes zouden uitkiezen (ach nee, niet dat gedoe van zaaien), deze in een pot of mand zouden zetten (gemakkelijker dan in de volle grond, onkruidtechnisch gezien) en dan gewoon zouden afwachten (oké, met af en toe een gietertje water erbij) om vervolgens de boel op te eten. Gewoon voor de leuk en de smaak maar vooral zonder al te veel poespas. Ik vertelde dit aan Peter. Over die paar plantjes, mandjes en dat het misschien wel op het dakterras zou kunnen omdat het daar wat beschutter is. Op mijn manier had ik er best wel over nagedacht.


Maar Peter is niet van het gemakkelijke en vrijblijvende. Peter ging verder. Veel verder. Hij maakte er een Project van. Met Naslagwerken en Research. Met Plantschema’s en met Plantenfamilies die elkaar wèl danwel nièt Verdragen. Hij ging meten en timmeren en zagen. Hij ging Planten en Zaaien. Ja, toch zaaien. In een vóór-zaai-bak zelfs... 


Hij vertelde over Indelingen en Wisselteelt, maar dat kon ik niet goed verstaan door het liedje* van Kinderen voor Kinderen dat met licht aangepaste tekst in mijn hoofd begon te spelen:

Hij is gewoon een beetje blij
Met dat tuintje erbij
Want alle lof en sla en prei
Groeit hier lekker gifvrij
Het is een reuze smulpartij
Radijs en knolselderij
Z'n eigen groentekwekerij
Zonder rotzooi d'r bij

Ik had het kunnen weten: zomaar iets uit de losse pols doen kan hij niet. Typisch man? Typisch Peter in ieder geval. Hoe dan ook... Slechts een paar weken na mijn “Ik zou het best wel leuk vinden als...” (en na mijn "VETO!" toen hij over volkstuintjes begon) is dit het uitzicht vanuit onze slaapkamer:



Is het niet gezellig?

Ingezoomd en uitgelegd:


 Komkommertjes die bijna te schattig zijn om op te eten...


Verschillende slasoorten met een verdedigingslinie van eierschalen tegen slakken. *grijns*


Bloemetjes! Omdat ik wel van groenten houd maar ook van bloemetjes. De sprietjes achter de bloemetjes zijn prei. Worden prei. Moeten prei worden...


Dit is stevia oftewel suiker-honingblad. Ik proefde een blaadje en was verrast door de bijzonder zoete smaak. Een echt plukplantje dus.

Verder hebben we boontjes, worteltjes, boerenkool (we dachten dat het bietjes waren maar al dat groen lijkt ook zo op elkaar), tomaten en een pruimenboompje (waarvan we zwart op wit hebben dat het geschikt is voor terras en balkon).

Beneden in de achtertuin hangen al aardbeienplantjes en daar komen binnenkort nog wat manden en bakken bij. Met broccoli, bietjes, paprika, nog meer sla, uien.... Grootse plannen dus en als alles het maar half zo goed gaat doen als de rabarber die we een paar tuinen geleden hadden (en die mij bij de herinnering eraan weer de neus uitkomt, blèh!) dan gaan we gouden tijden tegemoet!

En tot het werk daar gedaan is, vermaak ik me wel op het dakterras. Iemand moet toch in de gaten houden dat die slakken niet over de eierschalen klimmen ;)



* Voor het liedje van Kinderen voor Kinderen, klik hier. Waarschuwing: het blijft in je hoofd hangen heeft een hoog schattigheidsgehalte!

NB De reactie van Paul op dit stukje en m.n. op mijn veto is te leuk om niet te delen! Dus hierbij: klik!



dinsdag 14 mei 2013

Ik ga vliegen!





Vliegen in een vliegtuigje (als in: een niet-commercieel toestel) is al heel lang een grote wens van mij. Een wens die ik een beetje had weggestopt omdat… sja, ik weet niet goed waarom… misschien omdat er toch een behoorlijk prijskaartje aanhangt en omdat je wel zoveel kan willen en omdat het leven al zo “vol” is. Zoiets... En met de jaren werd die wens steeds meer een droom. Een mooie droom die ik droom als ik vanuit mijn tuinstoel naar de lucht lig te staren (dáár te kunnen vliegen…) of als ik aan het hardlopen ben en me dan als een vogeltje zo vrij voel (oh, een vogeltje te kunnen zijn dat kan vliégen…). Een droom waarvan ik dacht dat hij dat zou blijven: een droom.

En toen ging Francine, je weet wel: Francine van de Marikenloop en van Stukje bij Beetje, toen ging Francine vliegen. In zo’n klein sportvliegtuigje. Met een collega. Dat zette ze inclusief luchtfoto’s van bollenvelden op Facebook en daar reageerde ik op. Ik like’te het en ik zei dat ik superjaloers was. Gewoon bij wijze van grapje en gewoon tussen het stofzuigen door. Maar toen pingde mijn telefoon dat ik een berichtje had en toen was dat een reactie van Francine: 

“Wil je een keer? Echt? Want dan doen we dat hè.”

Mijn verstand stond gewoon even stil. Ik stond stil. Helemaal stil. Alleen mijn stofzuiger ging nog door.

Dan. Doen. We. Dat?

O man… Wat zegt ze nou? Ik las het berichtje over en over en het werd steeds waziger door het vocht in mijn ogen. Ze vertelde dat ik het cadeau van haar kreeg, dat ze het me zo gunde en ze voorspelde dat ik er zo van zou genieten. Ze beschreef bijna letterlijk hoe ik het altijd gedroomd had: “Je zult je een vogeltje onder de vogeltjes voelen!”

Het is nu een paar uur later en ik ben er nog van ondersteboven. Met Frank, Francine’s collega streep de piloot, heb ik inmiddels wat berichtjes uitgewisseld. Hij stelde vragen als wanneer ik zou kunnen, waarheen ik zou willen vliegen en in welk toestel: de kleine of de grote. Als ik voor hem had gezeten had ik hem hoogstwaarschijnlijk alleen maar met een dom-blije grijns aangestaard, vanachter mijn toetsenbord probeerde ik zo normaal mogelijk over te komen. (Waarheen? Ik woon op de Veluwe maar kan je zo ver? Welk toestel? Eh, doe maar die ene waarmee jij de meeste ervaring hebt!) Frank heeft het nu maar overgenomen en gaat een mooi rondje bedenken. Eentje boven Ede. En nu ga ik over een week of twee een rondje boven Ede vliegen.

Ik. Ga. Vliegen.

Vliegen.

Lieve, lieve Francine, ik heb eerlijkwaar geen idee hoe ik jou kan bedanken. Frank vertelde dat je tegen hem hebt gezegd dat er van die dingen zijn die gewoon moéten in het leven en dat dit er één van is. Lieverd, er zijn dingen in het leven die nooit vergeten zullen worden en daar is dit cadeau van jou er één van, daar ben jíj er één van. Dank je, dankjewel! En jij alvast ook, Frank: dankjewel! Wat een cadeau! Wat een súpercadeau!

Ik ga  v l i e g e n !!!




zondag 12 mei 2013

Hartelijk dank!


Voor de vele lieve mailtjes, tweets, berichtjes via Facebook of mijn blog hier, en ook voor de “real life”-armen om mij heen na mijn laatste blogstukje:

Heel, heel hartelijk dank!

Ik houd van schrijven en ik houd ook van van mij af schrijven. Ik houd ervan om dingen te delen, de leuke, de minder leuke maar ook de moeilijke dingen. En het is fijner dan ik ooit vantevoren (als in: voor ik met bloggen begon) had gedacht om vervolgens reacties te krijgen. Zeker als het zulke hartverwarmende reacties zijn. Jullie zijn lief!

Bij wijze van bedankje post ik hieronder wat foto’s die ik vanochtend na het ontbijt (nog in mijn badjas zelfs) in onze achtertuin heb genomen. Het zijn en-dan-breekt-de-zon-toch-door-foto’s en in die zin leken ze me wel toepasselijk bij dit bedankje. Hopelijk vinden jullie ze ook mooi.

De heerlijk frisse buitenlucht kan ik helaas niet uploaden, net zo min als de natte sokken die ik na het fotograferen had. Wees blij met dat laatste ;)

Een fijne zondag!








woensdag 8 mei 2013

Negen jaar


Het was nog maar een paar maanden na het overlijden, het totaal onverwachte overlijden van onze jongste zoon toen een kennisje voor mijn balie stond. “Hoe is het? Heb je het al een plekje kunnen geven?” vroeg ze.

"Heb je het al een plekje kunnen geven?" Ik was zo pijnlijk getroffen, zo verbijsterd.

Het...?

Een plekje...?

Ik kon haar alleen maar stil aankijken en ze schuifelde uiteindelijk weg uit mijn blikveld. Toen we elkaar een week of wat later in de supermarkt tegenkwamen, bood ze haar excuses aan. Ik had er zo verdrietig uitgezien, zei ze, en van dat plekje geven, dat vond ze achteraf zelf ook een erg domme, ongelukkig gekozen uitdrukking. Ik heb haar niet tegen kunnen spreken.

In die periode dat zij mij dat vroeg zag ik nog zo vaak en bijna altijd onverwacht zijn rug, hoorde ik soms zomaar een stem die op de zijne leek. Had ik, als ik in de passagiersstoel in de auto zat, tegen beter weten in de neiging om even naar achteren te reiken, omdat hij daar altijd zat en dan mijn hand pakte. Ik mocht toen van mijzelf niet gedachteloos de tafel dekken omdat ik dan toch weer een vierde bord pakte en dan moest ik me zo inhouden om niet in tranen uit te barsten. Ik hoorde het vertrouwde geluid van zijn sokkenla nog elke ochtend. Toen zij het vroeg was het verdriet nog zo rauw, deed het nog zoveel pijn.

“Heb je het al een plekje kunnen geven?”

Al?

En dan? Dan is het over?


Vandaag is het negen jaar geleden. Negen jaar alweer, pas. Ik heb in de afgelopen negen jaar geleerd hoe ik het beste met mijn verdriet om kan gaan. Samen met Paul en Peter en vooral ook dánkzij Paul en Peter. Ik heb steun gekregen van dierbaren en ook van "vreemden" uit onverwachte hoek. Ik krabbelde op, stortte in, krabbelde op, stortte in, krabbelde op... Ik leerde lachen door mijn verdriet heen en ik leerde dat zelfs de ergste huilbui een keer ophoudt. Ik ben getroost en ik heb getroost. Ik heb weer van het leven leren houden, kan weer de mooie dingen zien, ik kan weer genieten en blij-zijn.

Misschien noem je dat dan inderdaad zo: ik heb mijn verdriet een plek kunnen geven. Een bitterzoete plek. Bitter, omdat het nog steeds als een steen op mijn borst kan aanvoelen, al doet het niet meer zo bijna ondraaglijk zeer. Zoet, vanwege de vele mooie herinneringen aan onze prachtige Max en aan zeventien onvergetelijke jaren met hem. 

Geen plekje.

Een plek. Een bitterzoete, grote plek.

Maar over is het nooit.





vrijdag 3 mei 2013

Vrijdags



"Ik vind dat u altijd zo lief lacht en ik heb vanochtend mamma geholpen met plantjes water geven." 

Ze keek me nog even verlegen aan en huppelde daarna weg met haar boeken in haar tas. Terwijl ik zachtjes aan het wegsmelten was (wat 'n schatje met haar vlechtjes en missende voortand!), legde haar moeder het mij uit. Er was een nieuwe juf op school en die had bedacht dat elk kind op vrijdag een ander een complimentje moest geven en vertellen wat zij of hij zelf die week goed gedaan had. "Het is pas woensdag maar ik denk dat ze nu al door de vakantie die gewoonte mist," lachte ze.

Lieve nieuwe juf, ik weet je naam niet en ik weet niet eens op welke school je les geeft, maar ik vind je geweldig omdat je zoiets bedacht hebt! En ik ga je voorbeeld volgen:


Lieve vriendin I., ondanks je twijfels, je zorgen en je angsten doe je toch maar elke keer de dingen die je zo moeilijk vindt. Ik heb diep respect voor je want dat is echte dapperheid: bang-zijn en tóch doen!

Ik heb deze week een heerlijke bami met zalm en paksoi gemaakt. Peter heeft ook gesmuld ;)


Nu jullie.
De spelregels zijn duidelijk, toch? Een complimentje voor een ander en ook eentje voor jezelf. Ik ben benieuwd!





donderdag 2 mei 2013

Koningsdag 2013



Ik heb niet zoveel met Koninginnedag. Ik heb niks tegen het koningshuis, ik vind hen geweldige ambassadeurs en ik heb respect voor met name Beatrix en Máxima, ik heb alleen niet zoveel met de dag op zich. “Vroeger” bezochten we met de jongens de kermis en de vrijmarkt, we hebben ook een paar keer zelf op zo’n kleedjesmarkt het een en ander verkocht, maar de laatste jaren volgden we de festiviteiten niet eens via de tv. En dat kwam niet alleen omdat we op die dag vaak meivakantie in het buitenland vierden.

Déze Koninginnedag, K(r)oningsdag, wilde ik niet missen. Uit historisch oogpunt, uit belangstelling en, eerlijk is eerlijk, een ietsiepietsie uit nieuwsgierigheid naar Máxima’s jurk. Maar ook een beetje bij wijze van goedmakertje omdat we tijdens de troonswisseling in 1980 op vakantie in de Verenigde Staten zaten. Via de radio van onze camper hoorden wij de nieuwslezer er één zinnetje aan wijden, één simpel zinnetje in de trant van “Nederland heeft een nieuwe koningin.” Later bij thuiskomst kregen we van degene die ons van Schiphol haalde alle, meest akelige, verhalen in geuren en kleuren te horen. Dwars door onze jetlag heen.


Deze keer zou het anders gaan wat mij betreft. Ik ging niet zo ver dat ik oranje gebak in huis haalde (al kocht ik wel het oranje Koningssoeppakket maar dat was meer vanwege de soep zelf) maar ik wilde beslist de belangrijkste momenten zien. Toen ik net op tijd van mijn extra vroege hardlooprondje thuiskwam, helemaal in de stemming door alle vlaggen en slingers op mijn route, had Peter de televisie al aan staan. 




En toen was daar het moment dat Beatrix afstand van de troon deed en Willem-Alexander koning werd, en niet het moment van de handtekeningen raakte mij maar de aanblik van moeder en zoon die elkaars handen stevig vastpakten en elkaar liefdevol aankeken. Het ontroerde mij diep. Vanaf dat punt was ik niet meer bij de tv weg te slaan.


Mijn andere momenten van “Ach gos...”, “Jeetje!”, *grinnik* of van gewoon stil-zijn:

- het “Even zwaaien misschien!” van prinses Beatrix tijdens de balkonscène
- de tweede jurk van Máxima 
- de prinsesjes
- de gespannen vuist van Willem-Alexander toen hij de Nieuwe Kerk inliep
- zijn toespraak
- Mabel zonder Friso
- de relaxte sfeer in Amsterdam
- de gaap van Amalia
- de prachtige camerashots van bovenaf in de kerk
- Beatrix als ontspannen prinses en oma
- het kamerlid dat zich verslikte toen hij eindelijk de eed mocht afleggen
- de andere jurk van Máxima
- de Koningsvaart
- Armin van Buuren (en niet alleen toen je hem wel kon horen)
- de Bolero 
- Humberto Tan over het dansen van Nederlanders (“Tja...”)
- de Koningssoep: lekker! 


Het was een mooie dag. Een vrolijke, gezellige dag. Een ontspannen dag die gelukkig(!) in niets deed denken aan die dertigste april toen in 1980 en die (ook daarom) op een of andere manier hoopvol stemde. Het was een dag die meer indruk op mij maakte dan ik had
verwacht. 




Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...