dinsdag 4 november 2025

Op een rots

 


In het berenbos van het dierenpark staat hoog op een rots een beer bij de waterval. Hij beweegt heen en weer, springt erbij. De kinderen op de loopbrug vinden het prachtig.
"Kijk hoe hoog hij is geklommen!"
"Die beer danst! Wat leuk!"
Hun mama kijkt en lacht met haar kinderen mee. Opa maakt foto's. Dan leest oma het bordje aan het hek en de lach verdwijnt van haar gezicht. Ze stoot haar man aan en wijst op de tekst. De bewegingen van de beer komen voort uit een groot trauma, ontstaan tijdens gevangenschap. "Niet grappig of leuk!" staat er in grote letters en met een uitroepteken. Even kijken ze naar hun kleinkinderen, dan laat opa zijn camera zakken.
"Ja, knap hè, zo hoog als hij nu staat... Kom, we gaan weer verder."

Soms voel ik me als die beer. Mijn rots is het appartement waarin ik nu woon. Ik dans niet, ik spring niet - ik woon er in mijn eentje. Ik word niet grappig of leuk gevonden maar wel sterk en dapper. Sterk en dapper...
Bijna twee maanden woon ik hier nu en het voelt nog steeds niet als thuis. De inrichting van de woonkamer lijkt veel op die van ons huis ("het oude huis") wat logisch is omdat ik, op wat kasten en de eettafel na, niks anders gekocht heb. En toch...
Ik doe mijn best, doe kaarsjes aan, heb kussentjes op de bank gelegd en probeer "ik ben weer thuis" te zeggen in plaats van "ik ben weer terug", "mijn huis" in plaats van "het appartement", maar het schuurt, het voelt niet echt. 

Een groot deel van mij kan er nog steeds niet bij dat Peter echt weg is en nooit meer terugkomt. Dat deel is nog steeds aan het wachten.
Een ander deel beseft dat maar al te goed en heeft daar heel veel verdriet van. Dat deel huilt de tranen uit haar hoofd en voelt zich zo vreselijk alleen.
De momenten waarop beide delen elkaar tegenkomen, met elkaar botsen, zijn bijna niet te handelen.
Rouwen, mijn rouwen, is niet alleen maar verdrietig zijn en missen.
Het is ook me verdoofd en radeloos voelen.
Het is blij zijn met bezoek en alleen willen zijn.
De hele dag in bed te willen blijven en me benauwd te voelen als ik niet naar buiten ga.
En al die gevoelens vaak tegelijk.
Als ik lijstjes probeer te maken van dingen die ik kan doen om de dag door te komen, om wat structuur te krijgen, ben ik niet sterk en dapper. Dan ben ik wanhopig op zoek naar wat grip op wat nu mijn realiteit is.
Met het verlies van Peet ben ik het beeld van onze toekomst kwijt, ben ik mijzelf kwijt. Ik heb veel lieve mensen om me heen, ik ben niet eenzaam maar ik ben heel erg zonder mijn Peetje. En ik voel me alles behalve sterk en dapper.

Of ik net als die dansende beer een trauma heb? Dat zal over een week of negen blijken. Mijn therapeut vond het raadzaam om dat te onderzoeken omdat trauma rouwen kan blokkeren. Ik heb hierin toegestemd, weet niet wat ik ervan kan verwachten, weet niet of en hoe het kan helpen.
Ik zal nooit niet-rouwen maar ik hoop zo dat er een tijd komt waarop de zo moeilijke herinneringen aan die krap twee maanden tussen diagnose en overlijden niet meer mijn herinneringen aan ons liefdevolle leven samen overheersen. Dat deze pijn wat zachter wordt en mijn hoge rots niet meer als een wachtkamer voelt.



Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...