woensdag 8 mei 2013

Negen jaar


Het was nog maar een paar maanden na het overlijden, het totaal onverwachte overlijden van onze jongste zoon toen een kennisje voor mijn balie stond. “Hoe is het? Heb je het al een plekje kunnen geven?” vroeg ze.

"Heb je het al een plekje kunnen geven?" Ik was zo pijnlijk getroffen, zo verbijsterd.

Het...?

Een plekje...?

Ik kon haar alleen maar stil aankijken en ze schuifelde uiteindelijk weg uit mijn blikveld. Toen we elkaar een week of wat later in de supermarkt tegenkwamen, bood ze haar excuses aan. Ik had er zo verdrietig uitgezien, zei ze, en van dat plekje geven, dat vond ze achteraf zelf ook een erg domme, ongelukkig gekozen uitdrukking. Ik heb haar niet tegen kunnen spreken.

In die periode dat zij mij dat vroeg zag ik nog zo vaak en bijna altijd onverwacht zijn rug, hoorde ik soms zomaar een stem die op de zijne leek. Had ik, als ik in de passagiersstoel in de auto zat, tegen beter weten in de neiging om even naar achteren te reiken, omdat hij daar altijd zat en dan mijn hand pakte. Ik mocht toen van mijzelf niet gedachteloos de tafel dekken omdat ik dan toch weer een vierde bord pakte en dan moest ik me zo inhouden om niet in tranen uit te barsten. Ik hoorde het vertrouwde geluid van zijn sokkenla nog elke ochtend. Toen zij het vroeg was het verdriet nog zo rauw, deed het nog zoveel pijn.

“Heb je het al een plekje kunnen geven?”

Al?

En dan? Dan is het over?


Vandaag is het negen jaar geleden. Negen jaar alweer, pas. Ik heb in de afgelopen negen jaar geleerd hoe ik het beste met mijn verdriet om kan gaan. Samen met Paul en Peter en vooral ook dánkzij Paul en Peter. Ik heb steun gekregen van dierbaren en ook van "vreemden" uit onverwachte hoek. Ik krabbelde op, stortte in, krabbelde op, stortte in, krabbelde op... Ik leerde lachen door mijn verdriet heen en ik leerde dat zelfs de ergste huilbui een keer ophoudt. Ik ben getroost en ik heb getroost. Ik heb weer van het leven leren houden, kan weer de mooie dingen zien, ik kan weer genieten en blij-zijn.

Misschien noem je dat dan inderdaad zo: ik heb mijn verdriet een plek kunnen geven. Een bitterzoete plek. Bitter, omdat het nog steeds als een steen op mijn borst kan aanvoelen, al doet het niet meer zo bijna ondraaglijk zeer. Zoet, vanwege de vele mooie herinneringen aan onze prachtige Max en aan zeventien onvergetelijke jaren met hem. 

Geen plekje.

Een plek. Een bitterzoete, grote plek.

Maar over is het nooit.





4 opmerkingen:

Anoniem zei

Dikke knuffel!

Berna zei

Ook van mij een dikke knuffel. Zelfs ik denk er elk jaar aan. Hoe moet het dan wel niet voor jullie zijn? Misschien de scherpe kantjes eraf maar over? Ik kan het me niet voorstellen.

Hanny zei

Ik lees je berichtje nu pas, ook van mij een warme knuffel.
Lieve groetjes van Hanny (56)

Scrap-joy zei

Hoi Sylvie

Via de blog van Francine kwam ik toevallig bij jouw blog terecht.
Van collega's heb ik destijds wel gehoord dat jullie zoon en de broer van Paul overleden was.
Bij ons op de koelkast heeft jarenlang de volgende spreuk gehangen:
Door de tranen in je ogen, heb je een regenboog in je hart.
Een o zo ware spreuk en mooie gedachte vind ik.

Groeten Hanny Rottjers (ooit juf van Paul).

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...